Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 24 juni 2025
Laten wij hopen, dat het nog eenmaal in zijn geheel tot Proveniershuis ingericht kan worden . Dit is in de 17de eeuw ook werkelijk gebeurd. En die andere man met dat wit geschilderde bordje op borst en rug? Hij draagt een bus en een langen stok met een netje er aan in de hand. Tast maar in den zak en offer voor de arme zieken den duit, dien de »klapknecht« ons komt vragen.
Zoo kwam dus Frits Sahlmann met den stok, en Fiek met eene kleine, aardige metworst weder voor den baljuw. "Fieken," zeide mijnheer de baljuw, haar de worst afnemende, "gij kunt nu heengaan, mijn kind! Netje!" zeide hij tot zijne lieve vrouw, en hield de worst voor hare oogen, "dat noemen wij een corpus delicti." "'t Is mogelijk, Weber, dat ze in 't Latijn zóó heet; wij zeggen er metworst tegen."
"Dat gaat niet, Netje; zij moet voor den dag komen, want zij moet getuigenis afleggen voor den horlogemaker en voor den molenaar; 't kan die beiden anders den hals kosten. Als ik maar wist, waar die bengel, die Frits Sahlmann, was, die weet van de heele zaak af. En jij weet niet, waar hij is, Fiek?" "Neen mijnheer." "Nu, dan kunt gij heengaan."
"Wel, mijnheer, hij heeft daar een langen staak; maar wat hij er mee voornemens is, dat is voor mijne oogen verborgen. Hij maakt er allerlei bewegingen meê tegen 't luik van den rookzolder." "Netje, tegen onzen zolder! Wat zou hij daar uitvoeren, Netje?" "'k Weet het niet, Weber; maar 't zal mij niet verwonderen, als er morgen weêr worsten weg zijn." "Kijk eens, kijk eens.
Vermeldenswaardig is alleen, hoe een moedertje een heel klein pasgeboren kindje in een netje op den rug droeg; een huisvarkentje marcheerde er genoegelijk naast. Dus thans waren we klaar. Ik rekende: 1 Januari in Canobivak, de patrouille gemaakt in 39 dagen.
Ondertusschen was men bij de baklad, het vischperk, aangekomen: de oude schuitevoerder bond de vaartuigjes aan een der staketsels vast. "Wacht," zei tante Isabel tot den zoon van den ouden man, die zich gereedmaakte om met zijn panalok, een bamboe-stok met een netje eraan, naar boven te klimmen. "We moeten eerst de sinigang in orde maken: dan kan de visch uit het water dadelijk in de soep."
Toen Frederik de deur uit was, keerde de oude heer zich om en lachte van ganscher harte. "Netje," zeide hij, "de worst van Frits Sahlmann, van dezen morgen, krijg je niet weêrom, die moet de Vink in Pinnow hebben, want als deze bengel, die Frederik, met Fieken van den schout wil trouwen, dan moeten we toch eerst weêr een eerlijk man van hem maken."
"Dat is hij, Netje, maar, hij doet ook soms dwaze dingen; dwaze dingen doet hij soms!" Dit zeggende ging mijnheer de baljuw naar de gerechtszaal. Vóór de gerechtszaal stonden de pachter Roggeboom, de bakker Witt, de schout Besserdich, en nog wel een dozijn anderen, die allen den molenaar aangeklaagd hadden.
Op het hoofd droeg zij een netje van gouddraad met bloedkoralen doorregen, en rondom afgezet met muntstukjes, zoodat zij aan den voorkant op haar voorhoofd rustten. Van haar hoogen zetel zag zij kalm en tevreden op het volk neer, oogenschijnlijk zóó bezig met het te bestudeeren, dat zij niets merkte van de nieuwsgierigheid, die zijzelve opwekte.
"Waar?" vroeg de oude heer, en hij plaatste zijn lorgnet voor de oogen, en keek overal heen, slechts niet dáárheen, waar Frits Sahlmann zat. "Dáár, mijnheer de baljuw, dáár! in onzen ouden... appelboom, die aan den hoek van de keuken staat." "Waarachtig! ja! Dat is toch eene wonderlijke zaak! Netje, in den winter!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek