United States or Yemen ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Watte?... Ikke? ... 'k Heb 'm nog niet gezien." "Daar belt-ie net." "Heeft je pa je niet verbojen, bengel, om nog voor 't eten uit te gaan?" "Ja moe, maar ik had an Hendrik 'n schrift geleend, dat 'k terug most hebben." "Wat heb je weer in je zakken zitten?" "Niks." "Wat, niks? Hoe kom je an geld voor zooveel knikkers?" "'k Heb ze gekregen." "Je jokt." "Nee heusch niet." "Je jòkt."

Vaarwel, mevrouw," zoo vervolgde zij, zich tot Deugniets moeder wendend, wier blanke hand onwillekeurig den ragebol van den kleinen bengel streelde. "Vaarwel, mevrouw, ik beklaag u, dat ge zoo'n kind hebt. Ik zou u raden, hem nu allereerst maar eens een ferme schoonmaakbeurt te geven; hij ziet er uit, om met geen tang aan te raken."

Hij ging, liep, zong, speelde, morste in de goten, stal een weinig, maar vroolijk gelijk de katten en musschen, lachte wanneer men hem deugniet, en werd kwaad als men hem bengel noemde. Hij had geen huisvesting, geen brood, geen vuur, geen liefde; maar hij was vroolijk, wijl hij vrij was.

Pas op, als je ooit weer tot haar spreekt! 'Neen! laat me bij haar! Ik wil niet van haar weg. Robinetta! schreide Johannes. Doch zij zat angstig in een hoek en keek niet op. 'Voort, bengel! hoor je niet? Pas op, als je 't hart hebt weer te komen! En de pijnlijke greep leidde hem door de klinkende gang, de glazen deur rammelde, en Johannes stond buiten, onder de donkere, laag drijvende wolken.

Toen Frederik de deur uit was, keerde de oude heer zich om en lachte van ganscher harte. "Netje," zeide hij, "de worst van Frits Sahlmann, van dezen morgen, krijg je niet weêrom, die moet de Vink in Pinnow hebben, want als deze bengel, die Frederik, met Fieken van den schout wil trouwen, dan moeten we toch eerst weêr een eerlijk man van hem maken."

Eerst eene omstandige bekentenis! Zie! gij weet het, ik ben op de vlucht; de raadsheer Herse heeft mij helpen vluchten en deze bengel, deze Frits Sahlmann! en nu zit ik hier in angst en kommer en denk aan het lot van mijnheer Droi en aan al het andere, en denk dat deze bengel, deze Frits Sahlmann, mij bericht zal brengen, hoe 't met de zaak gesteld is; toen hoor ik buiten vóór het luik hoesten, en toen wordt mijn naam geroepen, en terwijl ik naar het luik heensluip en naar buiten zie, denk ik dat ik eene beroerte zal krijgen; want, verbeeld u, mevrouw! dat ongelukskind is in den... appelboom geklommen en is langs de lange takken heengegleden en zweeft als eene kraai over den afgrond.

Hij beduidde mij, dat zijn familie buiten op het dek was en ik maakte mijn gebrek aan wellevendheid van zooëven weer goed, door dadelijk de familie binnen te noodigen. Zij verscheen terstond. De vrouw was een groote, donkere verschijning van echt Eskimotype, Kokko geheeten, en ongeveer veertig jaar oud. Haar zoon schatte ze op tien jaren; hij was een eerste bengel.

Het was op die hoogte ongeveer, dat de flauw gehoorde tonen van een klok of bengel, welke allengskens duidelijker in mijn ooren klonken, mij aankondigden, dat ik Naarden al vast naderde, doch tevens, dat ik mij zou moeten reppen om er nog tijdig te zijn.

"Maar Bonnycastle," zei de dokter, toen hij zijn plaats weer ingenomen had, "je moest me toch eens zeggen, hoe het mogelijk is zoo'n bengel in zijn fatsoen te krijgen, zonder de toevlucht te nemen tot de gard." "Van het gebruik der gard verwacht ik niet de minste vrucht en daarom pas ik ze ook niet toe. Ik heb zelf te Harrow school gelegen en was toen een hachje.

Ik werd zoo wit als een doek van den schrik en gaf Bob snel een teeken om hem te waarschuwen, maar hij zag het niet. Hij verhief zijne stem nog hooger en galmde: »Ik herzeg den honderdnegentienden psalm van het eerste tot het laatste vers!» »Wel jou ondeugende bengelklonk het plotseling op gestrengen toon achter hem.