Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 18 juni 2025


Marieken was met pralende plechtigheid getrouwd om de geburen en kennissen te doen biskeeren. De zingende mis in St.-Jacobskerk, het orgelmuziek op het Stadhuis en het Bruiloftsfeest bij Weber hadden heel wat opschudding verwekt en het aanzien der familie Snepvangers weer hersteld, dat door het mislukt kiesavontuur gedaald was.

Wij kregen een piano-solo van Schumann en van Chopin, liederen van Weber, Franz, Rubinstein en Mattei en een viool-solo van Max Bruch te hooren, zoo volmaakt in uitvoering en voordracht, dat daaruit gerust de conclusie getrokken mag worden dat de Japanners in muzikaal opzicht zeer zeker de eersten onder de Aziatische en in geenen deele de laatsten onder de Westersche volken gerekend moeten worden.

Naar zoo'n soort kan men tegenwoordig lang zoeken; dat zijn nog degelijke peetooms!" En één was er onder hen, die was een hoofd langer dan de anderen en stak boven hen uit, zooals Saul boven zijne broeders; dat was de oude baljuw Weber. Hij had een netten blauwen rok aan, en eene geelachtige broek en hooge glimmend gepoetste laarzen.

"Best, Netje! zeg eens, kunt ge stellig verzekeren, dat het eene van onze metworsten is?" "Ja, Weber, ik ken ze aan den band." "Frits Sahlmann, hoe ben je aan die worst gekomen?" Dit was nu voor Frits eene infame vraag van den baljuw.

"Alzoo," begon de oude heer, "tot de waarheid vermaand, en zoo voorts, Fiek Besserdichs, wat weet je van mamsel Westphalen? Begin van gister avond af!" Fieken vertelde nu, wat zij wist, en wat wij weten. "Dus," sprak de oude heer, "heeft ze bij jelui geslapen en niet in ééne kamer met mijnheer Droi?" "Weber, wat praat je toch?" viel zijne vrouw hem in de rede.

Ik zond hem daarop de text van het affiche, waarop ik omgaand het volgend briefje ontving: Meneer Schürmann. Ik heb niets afgedongen op het bedrag, dat U van mij verlangde voor de voorstelling van Mme Wéber van de Comédie Française. Ik wil dus ook niet bedrogen worden. Sacha Guitry.

Ik wil hier en daar een greep uit de geschiedenis doen, en ga over tot de middeleeuwen. In het werk van Karl Julius Weber, "Das Pabstthum und die Päbste", lezen wij van de homosexueele daden die in de kloosters in de middeleeuwen werden gepleegd, niettegenstaande het telkens herhaald verbod en de straffen er op gesteld.

Eindelijk zeide hij: "Netje, zij heeft gelijk; dat de meiden meêgaan, kan geen kwaad. Maar Netje," en hij snoof zoo'n beetje in de lucht rond; "'t ruikt hier zoo naar gerookte paling; is de oude Neils uit Gulzow met zijn' paling hier geweest?" "Wat praat je toch, Weber? dat is van haar, zij heeft immers over het uur op den rookzolder gezeten."

"Mevrouw Weber," zeide zij, "ik kan u niet onder de oogen komen; ik ben diep gezonken; meer dan twintig jaren ben ik in uw gezegend huis, en van mijn leven heb ik u niet het allerminste ontvreemd; een noodlottig uur heeft dat anders gemaakt; ik heb mij aan uw eigendom vergrepen. "Och, Westphalen, laat dat rusten; en ga nu maar meê naar beneden!" "Geen stap doe ik, mevrouw!

"Dan is 't iets anders!" zeide de oude heer; en zijne vrouw moest de beide dienstmeisjes roepen. Zoodra mamsel Westphalen gekomen was, ging de stoet weg, nadat de mamsel van mevrouw Weber een afscheid als op leven en dood had genomen.

Woord Van De Dag

phylarchos

Anderen Op Zoek