United States or Norway ? Vote for the TOP Country of the Week !


Aan den overkant wachtten slechts weinige vrienden en geburen voor het huis van Lugina, maar in wijderen kring veel nieuwsgierig volk met de ruggen naar het paleis gekeerd. Er ontstond een dringen en reikhalzen, toen traden eerst knapen met een banier en wierookvaten, een priester en acht monniken met flambouwen het huis uit; dan droegen Lugina en zijn zoons het lijk naar de baar.

Onder de dilettanten ziet men gewoonlijk alleen de naaste geburen en heel enkele van de alleropgewondenste vuuraanbidders. Terwijl occupeert zich niemand van de overige inwoners met zulke zaken, die hen niet aangaan, behalve de torenwachters, die het alarmdeuntje wel slapende kunnen spelen, en de nachtwachts, wie het woordeke brand in de keel verroest is. Maar nu in Nijmegen!

De stemming was weg, en met genoegen, met verlichting werd aan de toekomst gedacht, aan morgen en de volgende dagen. Nadat de verhuiswagen weggereden was, nam het gezin, op zijn paaschbest gekleed, afscheid van de nieuwe eigenaars der Zoutkeet, van de twee oude knechten, van de geburen.

Mijnheer Johan Doxa vertrok in de kales van mijnheer Verlat, die hem zelf aan het poortje van den tingel-tangel afhalen kwam, en hij beloofde te voet naar huis te keeren. Zijne fierheid was niet weinig gestreeld, toen hij de verbaasde troniën van zijne geburen naar de kloefende paarden en het mooie rijtuig opkijken zag.

We moeten niet van elkaar afwennig worden." "Je hebt nòg gelijk, buurman," riep moeder Griet, die rustig bleef zitten, de voeten op de koperen stoof en de kat op haar breeden schoot. Even later zaten de vier geburen gezellig bij elkaar, ieder met een groote kom dampende koffie en een stuk koek; de beide mannen bovendien gemoedelijk hun pijpen rookende.

Het vinden van krasse oneerlijkheid in zulk een atoom, als de bij is in de schepping, maakt op ouderwetsche geesten een diepgaanden indruk; maar dat verhelpt niet, dat ontegenzeggelijk sommige bijenvolken de hebbelijkheid hebben, zich te ontwikkelen tot inbrekers en roovers van het eigendom hunner geburen, meestal vroeg in den herfst, of ook, maar zeldzamer, als in het vroege voorjaar de eerste schrale nektaroogst begint.

En als ik mijn hoentje braden wil, Dan is mijn panneken vuil, En als ik mijn panneken schuren wil, Dan tintelt mijnen duim. Dan loop ik naar de geburen, Daar laat ik mijn panneken schuren, Dan loop ik naar de Franschen, Daar laat ik mijn potteken dansen. Te Barneveld vervolgt men: Tusschen de neus en de kin, Daar kan nog wel een pannekoek in. Ho, man, ho!

De geburen en nieuwsgierigen zaten aan het andere einde van het vertrek, in de halve duisternis, met jagenden boezem en bevende ledematen. Zoodra het in de kamer hangend uurwerk met eenen enkelen slag half twaalf aankondigde, stond de oude man uit de assche op en naderde bij de lamp.

Hij was niet alleen van dit gevoelen; zijne vrouw mocht het vragen aan al hare geburen; buiten bazin Damhout zou geen enkele anders spreken. In het eerst had hij, door zijne herhaalde aanvechtingen en bovenal door zijne droeve voorspellingen, zijne vrouw in twijfel gebracht; maar nu waren allengs zijne woorden onmachtig op haar geworden.

"Ach, laat ons toch komen, één enkele keer, voor één enkel uurtje, iedere week?" drong de bedroefde jonkvrouw aan. "Gij hebt hier toch wel een kamer, niet waar, waar we één enkel uurtje kunnen samen zijn?" "O moar mejonkvreiwe! En 't meissen! En de knecht! En Alfons! En de geburen die ulder zoèn zien komen!" angstigde Rozeke.