Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 12 juli 2025


Daar de wind van den anderen kant woei, warrelde vele rookkrulletjes, lang en fijn, langs zijn wangen en onder zijn neus; zijn lakensche dikke zwarte broek klepte over zijn te vierkante glimmend gepoetste bobbelige schoenen. Hij bleef staan en zonder zich om te keeren keek hij schuin naar binnen, of de jongelui nog niet kwamen. Mathilde was nog even naar boven gegaan, om haar parasol te halen.

Het avondbrood was al een poosje gegeten; het omgewasschen koffiegoed, kopjes en schoteltjes, stonden weêr netjes gerangschikt en in elkaâr gestapeld op een tafeltje, op hun vaste plaats in een donkeren hoek van de kamer. 't Was een klein vertrek dat overal glom van een gewreven en gepoetste netheid, tegelijk keuken en huiskamer.

Hij verwaardigde onze woonplaats in de wei met anderhalf etmaal zijner tegenwoordigheid. Tot dat doel had ik hem dien ochtend uit zijn voordeur en van zijn stoep getroond. "Wie is dat?" vroeg hij opeens. En hij somde op: "Deukhoed, zwarte jas, gepoetste bottines!" "Gij kent hem", antwoordde ik. Hij drukte het gezicht tegen de ruit. "Nooit gezien", verklaarde hij. "Gij kent hem", herhaalde ik.

Bovenop, een zinken bak, een gladde veel gepoetste metalen bak, rondom met koperen spijkertjes vast op het hout.... in 't lage straatlicht een rondedans van rinkelende goudlichtjes om 't effen metaalgrijs.

Naar zoo'n soort kan men tegenwoordig lang zoeken; dat zijn nog degelijke peetooms!" En één was er onder hen, die was een hoofd langer dan de anderen en stak boven hen uit, zooals Saul boven zijne broeders; dat was de oude baljuw Weber. Hij had een netten blauwen rok aan, en eene geelachtige broek en hooge glimmend gepoetste laarzen.

Go vond, dat ze leek op romeinsche jongenskoppen, zooals ze in de gang van hun gymnasium hingen, en beantwoordde stevig haar flinke, openhartige handdruk. Op de vacht voor de glimmend gepoetste vulkachel lag 'n slanke bruin-zwarte setter, de oogen goedig half-dicht, de lange ooren naar beneden.

Hij is een fatsoenlijk uitziend, kalm, bedaard man, van middelbaren leeftijd, 't Licht uit de partrijspoorten schijnt op zijn gladgeschoren gelaat en kaatst fel terug op 't glimmend gepoetste expeditiekruis en de medailles, die zijn uniform versieren.

Want haar scheen alles beter dan een arme schoondochter, wier vader een dief was. En nu kwam er een namiddag, dat de geestelijke herder, don Matteo, zijn voeten in glanzend gepoetste schoenen stak, een schoon geborstelde soutane aantrok en zijn mantel in de sierlijkste plooien schikte.

Toen zij het daarna zond naar fra Felice, glinsterden de gepoetste sieraden, het droeg een nieuw, helder kleedje, het was opnieuw geschilderd en in zijn kroon schitterden veelkleurige steenen. Hij was zoo schoon, de verworpeling, dat fra Felice hem op het leege hoogaltaar van zijn kerk plaatste. Het was zeer vroeg in den morgen. De zon was nog niet opgegaan en de zee was nauwelijks zichtbaar.

Gepoetste schoenen! Het is mij een nachtmerrie geworden. Men eischt van ons, dat onze schoenen dof-glanzend zullen zijn, en het is mij nog niet gelukt aan zoo streng een eisch te voldoen. Ik heb getracht één schoen dof te maken, en één glanzend, om de neuzen glanzend, de hakken dof te doen zijn, doch kreeg telkenmale berispingen. Nu vraag ik u: zijn uwe schoenen dof-glanzend?

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek