Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 8 mei 2025
Eindelijk hoorden de Kerels een bevel herklinken, en de boogschutters, met mher Baudewijn Van Aelst en eenige ridders vooraan, kwamen verder op de Markt tot op eenigen afstand van den muur der proostdij. Een bazuingeschal kondigde aan dat des konings afgezant tol de Kerels wilde spreken. Misschien had men den schat des graven niet volledig bevonden en wilde men hen daarover ondervragen.
Segher Wulf trof Jakob de Leeuw zoo geweldig voor de borst op den halsberg, dat zijne speer plooide en aan twee stuken brak; maar mher Jakob boog zich als uitgeput over het hoofd van zijn paard, terwijl, van den harden schok, het bloed hem uit neus en mond vloeide. Een bazuingeschal hergalmde. Volgens de wetten van den krijt mocht men nu het gevecht te paard niet meer voortzetten.
Robrecht had de wreedheid zelf mij zijn huwelijk met Dakerlia aan te kondigen, ofschoon hij wist dat zulke tijding als een moordpriem mij door het hart moest gaan." "Versta ik wel? Gij insgelijks bemindet jonkver Wulf?" "Ach, meer dan mijn leven!" "Dan beklaag ik u, mijn arme Disdir. Het bij eene vrouw op mher Sneloghe te winnen, dit hebt gij wel zeker nooit gehoopt?" "Doemenis, doemenis!
"Zie, ja, mijn geluk was te groot, het moest gestoord worden; ik heb het voorgevoeld, ik heb het gedroomd ... maar indien mijne smart en mijn schrik eene andere bron hebben dan de liefde tot u, mijnen vader, dat de alziende God mij terugwerpe voor altijd in het ijselijk verdriet dat mijnen boezem heeft verknaagd!" "Ik bid u, mher Wulf, laat mij voor u in het strijdperk treden", zeide Robrecht.
"Inderdaad", mompelde de veldheer in zich zelven, "het ware voorzichtig op den weg naar Gent terug te wijken en mijn leger in veiligheid te brengen, totdat wij met meerdere macht kunnen terugkeeren ... Ik dank u, mher Vos, voor uw bericht ... Maar laat mij toe u iets te vragen. Gij zijt een Blauwvoet en waart een aanhanger der Erembalds. Hoe komt het nu dat gij hun vijandig zijt geworden?"
De veldheer, die alleen met Baudewijn Van Aelst de anderen vooruitstapte, zeide, na eene wijl in stille overweging te zijn verstonden gebleven, tot zijnen gezel: "Onder ons durf ik het u wel bekennen, mher Baudewijn, 's konings boodschap bedroeft mij diep." "Betreurt gij den keus die wij hebben gedaan?" morde Baudewijn
Zoohaast zij echter een klaar denkbeeld van de zaak zich hadden gevormd, borsten eenigen in eenen schaterlach uit, en de anderen morden eene grammoedige weigering; maar de proost Bertulf gebood zijnen gezellen de stilte, en vroeg aan 's konings bode: "Sluit gij niemand uit? Zijn wij allen in uw voorstel begrepen?" "Allen." "En mher Burchard Knap?" "Hij insgelijks.
De Erembalds, als zij zullen weten dat ik hunne vijanden in de stad heb gebracht, zullen mij pogen te lasteren; en wie weet of ze niet zullen beweren dat ik deel heb genomen aan hun verfoeielijk eedgenootschap tegen graaf Karel. Uw woord eisch ik, mher Van Praet, dat gij tegen al zulke lasteraars wie ze ook zijn mogen, mij zult verdedigen."
Ik heb hem onder bewaking mijner gezellen in eene kamer van dezen burcht geleid." Mher Gervaas richtte eenige woorden tot zijne makkers, om hun te verzekeren dat hij slechts eenige oogenblikken afwezig zou blijven, en hen aan te manen hunne vroolijkheid onafgebroken voort te zetten. Dan volgde hij den wapenknecht naar eene bijgelegene kamer van den burcht.
"Ik weet het niet, neef; maar gij zelf hebt mij gezegd, dat Burchard te Veurne zich aanstelde als een gunsteling van mher Willem en zichtbaar zijn bijzonder vertrouwen genoot." "Het is waar!" bevestigde Robrecht, met eenen zucht van moedeloosheid. "En zouden wij hem nog als graaf erkennen, den valschen en wreeden mensch, die zijn rijk met eenen eerloozen sluipmoord begint?"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek