Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 14 mei 2025


Aan de deur was een groote gepoederde Engelsche lakei, die mij bracht naar een prachtigen salon. Carmen zeide dadelijk tot mij in het Baskisch: Je kent geen woord Spaansch, je kent me niet. Toen, zich keerend tot den Engelschman: Ik zei het u wel; ik herkende hem dadelijk voor een Baskiër; u zult hooren wat een rare taal. Wat ziet hij er dom uit, niet waar?

Dat meen je toch niet? Wis en zeker en wel terstond. Iedereen kent me hier en nog nimmer heeft het publiek me voor zoo'n geringen prijs hooren zingen. Kom mee. Of ik wilde of niet ik moest hem wel volgen. Bovendien we deden er een goede daad mee.

ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Begeef u oogenblikk'lijk naar de haven, Want waait er een'ge wind van land naar zee, Dan blijf ik in deez' stad geen nacht meer over; Steekt eenig schip in zee, zoek me op de markt; Ik loop daar op en neer, totdat gij komt. Kent ieder ons, wij niemand, dan, voorwaar! Is vluchten best en blijven vol gevaar.

Jullie moogt Hilda niet graag lijden, en dat kan ik me best begrijpen; want veel goeds heb ik nog niet van haar verteld. Maar de fee kende Hilda beter, dan jullie haar kent. Die wist, dat Hilda een lief meisje zou zijn, als ze dat ééne groote gebrek maar niet had.

Een weerzien: "Tu soies le très bien venu, M'amour, or m'embrace et me baise Et comment t'es tu maintenu Puis ton depart? Sain et bien aise As tu esté tousjours? ça vien Coste moy, te sié et me conte Comment t'a esté, mal ou bien, Car de ce vueil savoir le compte.

Ik vind het iets verschrikkelijks. Waarom? vroeg Dorian moê. Omdat, sprak Lord Henry, je tegenwoordig alles kunt overleven, behalve juist dat eene. Dood en vulgariteit zijn de twee eenige dingen, die je in onze eeuw niet kan wegcijferen. Laat ons in de muziekkamer onze koffie drinken. Je moest eens wat Chopin voor me spelen. De man, met wien mijn vrouw wegliep, speelde Chopin verrukkelijk.

"Maar wat was het ook weer met die handschoenen?" prevelde Vernooy; "me dunkt toch..." "Och kom!" zei mevrouw, bevende dat die gedroomde handschoenenhistorie nog eene schaduw werpen zou op de bevallige schilderij, die zij van Gerrit als knaap had opgehangen; "je verwart het met wat anders. Er was heusch niets van.

Joris, Dodo, dat is verraad! Volg me!" In allerijl vlogen de beide mannen de trappen af en de lange gang door. Dodo met een brandenden fakkel in de hand, beiden het zwaard in de vuist. Daar naderen zij de poort, en tegelijkertijd klinkt hun trompetgeschal in de ooren. De vijand stond gereed. Ha, daar is de schurk.

Ha! ik kan me, in dien tijd zoo'n reistaschje koopen." 't Zag er sjofel uit in die Tuinstraat. De hooge smalle huizen waren meestal zeer verveloos. In de kelders hoorde men ijzer smeden, ton-kuipen, hanen kakelen en kinders schreeuwen. Hier zag men groenten uitgestald; daar rood en ander lijnwaad te drogen gehangen over de grauwe leuning van een smalle hooge stoep.

Toe, boy, terwijl ik me aankleed, ga jij nou even naar Botter, je weet wel, en haal de dingen, en vergeet niet 'n paar broodjes, geraspte broodjes.... Ben je goed wijs? Ga nou, als je terug-komt zal 'k je alles vertellen. Ga nou, ik ontbijt anders alleen maar met 'n kop chocola, ik wil 't d'r nou 's van nemen. Je zal ophooren, zeg.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek