United States or British Virgin Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Toe, laten we nu maar gauw nog eens repeteeren. Kom Lizzie, sta nu op van die canapé en begin te spelen." Elsje gehoorzaamde. Louise, Cécile en Cato gingen op de canapé zitten, dicht bij elkaar, met spottende gezichten, alsof zij afgesproken hadden, nu eens flink om Elsje te gaan lachen.

"Ik dacht juist dat ik mij niets te verwijten had tegenover Lizzie of Elsje, als u dat dan zooveel liever hebt. Ik wil haar ook wel Elsje noemen, hoe kon ik ook weten dat zij daar zoo bizonder op gesteld is! Maar ik vind het heel verdrietig dat ik het u niet naar den zin heb gemaakt. Ik doe zóó mijn best.

"He, dat vind ik aardig!" zei Frits. "Dan zullen wij wel goede vrienden samen worden, Elsje." ", zeg toch Lizzie," zei Cécile. "Wel neen, ik vind Elsje veel mooier. Heb jij Lizzie gemaakt van dien aardigen, Hollandsche naam? Zeg Elsje, wordt je ook wel eens Roodkapje genoemd?" Elsje zweeg bedremmeld en keek verlegen naar hare tante.

Met al te groote haast slikte Elsje de soep door, om te antwoorden en toen ze wat zeggen wou, kreeg ze zulk een hevige hoestbui dat zij er akelig benauwd van werd en de tranen haar over de wangen rolden. ", wat een vervelend geluid!" zei Cécile. "Je kunt best ophouden, als je maar wilt, Lizzie." "Take some water, do," raadde Miss Piper aan.

"Maar mama, hij heeft immers verleden week nog gezegd dat zij nu heusch totaal beter was en dat ze alleen nog maar wat versterkt behoefde te worden. Zoo'n rustig tijdje met Missy alleen zal juist heel goed voor haar zijn. En in September gaan wij immers bij grootmama logeeren. Dan komt Lizzie dus toch buiten!" "Och Cilly, waarom blijf je dat arme kind nu toch altijd Lizzie noemen?

"Hoor eens Lizzie, mama wil absoluut dat je hier nog bent met mijn partij, maar doe dan als 't je blieft je best om een klein beetje meer een lady te zijn. Mama wil ook dat je meespeelt in het comediestukje dat wij zullen opvoeren. Ik vind het gek, maar het moet nu natuurlijk toch.

"Ik vind dat dat portret waard is dat iedereen het ziet, die je kent, Cilly," zei Cato beslist. "Bent u dat niet met mij eens, juffrouw Lizzie?" "Och Cato, wees toch niet zoo dwaas!" zei Cécile. "Noem haar toch Lizzie, ze is pas veertien jaar." "Met heel veel genoegen. Nu Lizzie, ben je het niet met me eens?" "Ja," zei Elsje met een onbestemd gevoel dat men haar voor den gek hield.

"Noem haar toch als 't je blieft Lizzie, moedertje," vleide Cécile. "Dat klinkt heusch zooveel beter." "Ik zal het probeeren, lieveling." Elsje zweeg. Niets kon haar op dit oogenblik meer schelen. Zij voelde zich zoo ongelukkig dat het haar nauwelijks een vermeerdering van haar leed toescheen, niet bij haar eigen naam te worden genoemd. "Kind, kind, wat gaat dat onhandig!" zei hare tante.

Zij vergat heelemaal om voort te gaan met het tellen der lampen, zoo was ze in de aanschouwing der schilderij verdiept en ze keek verschrikt op, toen Cécile opeens haar pianospel staakte en vlak aan haar oor zei: "We moeten eten, Lizzie; ga gauw mee." Mevrouw d'Ablong en Miss Piper waren de kamer reeds uit. Elsje sprong snel op. "Och Cécile, noem mij nu niet weer Lizzie," zei ze dringend.

"Jij bent natuurlijk weer la reine du bal." "Zoo!" zei Cécile op onverschilligen toon. "Ik heb anders nog niet heel veel plezier gehad; ik schaam me zóó over Lizzie." "Over mij?" vroeg Elsje verbaasd, wier vroolijke oogen toonden dat zij wel plezier gehad had. "Ja, over jou! Heet hier anders soms iemand Lizzie?" "Alsof ik wel zoo heette!" lachte Elsje. "Maar wat heb ik dan gedaan?"