Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 25 juli 2025
Was de fourier zoo deerlijk geklopt geworden; dit mocht hij slechts aan zich zelven wijten; want had hij, Kobus Noppe, de kaart in de hand gehad, zeker de sergeant-majoor zou geene drie slagen opgehaald hebben. Hij was gereed, het hun te bewijzen, indien de fourier toestemde, hem met dezelfde kaarten tegen den sergeant-majoor te laten kampen.
Ik heb er een dag aan besteed om hem te leeren, dat hij er "oome" tegen zeggen zou; maar jij bent nooit tevreden, ouwe suffer.... Loop niet zoo ver weg, Kobus. Hier! hier!" "Daar zeg je nou waarachtig zelf Kobus; je bent 'n uilskuiken. Zoo zullen we er nooit komen, als jij zelf je vergist...." "Och! maak je niet moeielijk; ik weet wat best, wanneer ik op moet passen of niet.
"Je kunt niet weten: als 't gesnapt wordt, dat wij jij," verbeterde zij snel, "den jongen, mijn Kobus, ondergeschoven hebt, zit er misschien wat op; en daar zou ik voor passen...." "Als jij zorgt, dat hij gelooft dat hij Dorus heet, en als hij zelf zijn mond maar dicht houdt, is er geen kwaad bij." "Dat's gemakkelijk genoeg: de stumperd ziet bijna nooit wat." "Des te beter. Hm!
"Altijd hetzelfde liedje ongetwijfeld?" "Het is gelijk, Christien.... Lisa is naar het veld, wij zijn alleen. Wees goed en zit eens neder." "Nu, laat hooren, Kobus." "Gij zijt, hoop ik, nog niet vergeten, vrouw, wat goede, getrouwe vriendschap wij en de Houtmans, van jongs af, elkander altijd toedroegen.
"Hè, toe man," praatte mevrouw: "de goot is niet voor jou alléén!" "Allemachtig," fluisterde Chris: "hoor je dat ze...." Kobus' porrende vuist dempte 'r gebabbel. Opnieuw luisterden ze, adem-inhoudend, naar 't helsch-dwaas praten op zolder.
"Uit mijn huis, uit mijn huis, ik breek u den hals!" bulderde Kobus Noppe, terwijl hij, om los te raken, tegen de krijgslieden worstelde. "Ha, valschaard, gij moest met Lisa trouwen! Uit mijne oogen; en komt gij nog over onzen dorpel...."
Op straat gekomen, valt Strijkman nijdig tegen zijn gezellin, die op een sukkeldrafje naast hem loopt, uit: "'t Is een nare jongen, dat hij nog altijd Kobus zeit; dat moet je hem afleeren, versta je?" "Leer jij 't hem af, als je kunt, ouwe gek. Kom hier, Kobu... Dorus!" "'k Wou, dat die procureur met zijn securigheid naar den duivel liep."
Bijt mij maar niet, dolle kerel." "Gij durft mij nog uitlachen, mij bespotten, onbeschaamde?" gromde baas Noppe, woedend opstaande. "O, weerhield ik mij zelven niet!.... Omdat gij eene vrouw zijt en klein daarenboven, meent gij dat gij mij straffeloos moogt tergen; maar, maar, Christien, om Gods wil, spaar mij, ik zou een ongeluk kunnen doen!" "Het is uwe schuld, Kobus.
'n Stuipende reflex dee Chris de deurkruk omdraaien, en 't trapje afstotterend naar 't sousterrein, de handkom om 't zuig-waaiend eindje kaars, bebonsde ze met stevige meppen Kobus' deur. "Kobus!" had 'r stem geschord: "Kobus toe dan Kobus!" Opgeschrikt de deur openend, had-ie 'r voor 't eerst van z'n leven in 'r nachtjapon, met waarlijk ontbloot vleeschnekje en zwabberend vlasstaartje gezien.
Zij hadden reeds een paar stappen gedaan, om te gaan zien wat er gebeurde, toen de achterdeur werd geopend en bazin Noppe binnentrad, zoo bleek en met zulke verwilderde oogen, dat hare verschijning den baas en zijne dochter met eenen angstkreet dood terugdeinzen. "Wat is er voorgevallen, vrouw? Eene koe dood?" vroeg Kobus Noppe.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek