Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 22 juli 2025


"Ja, God zij hem in zijn laatste uur genadig!" hernam de Graaf Gwyde "Kunt gij begrijpen, mijn zoon, dat hij, onze vijand, edelmoedig genoeg zij, om zichzelf voor ons in gevaar te stellen, en zich de haat van Johanna van Navarra op de hals te halen?" "Ja, dit begrijp ik, heer vader, zodra gij van Charles de Valois spreekt. Maar wat kan hij toch voor ons en onze zuster doen?" "Luister Willem!

Eensklaps zag men de banier van Mijnheer Gwyde onder de stadspoort uit komen; Mijnheer Van Renesse die in de afwezendheid des veldheers als opperbevelhebber bij het leger was, riep: "De wapens op! Sluit aan en richt de gelederen! Stil!"

Ginds komen nu vijfduizend onversaagde mannen die naar de strijd zowel als naar een maaltijd hijgen, zij hebben heden nog geen morzel broods genut." "Ik dacht wel dat grote hinderpalen u wederhielden, Mijnheer Borluut, en ik vreesde dat gij niet zoudt gekomen zijn." "Wel, edele Gwyde, dan moest St.-Jans vuur mij branden! Ik zou niet in Kortrijk zijn geweest?

O Sire, overdenk dat ik Gwyde van Vlaanderen een vrij geleide gegeven heb, en dat gij mij nu tot meinedige maakt!" Bij deze woorden was Charles de Valois allengskens in woede ontstoken. Zijn blik had zulke ongemene kracht dat Philippe le Bel op het punt was zijn vonnis te herroepen.

Machteld en Maria, de zuster van Adolf van Nieuwland, met nog een groot getal Edelvrouwen uit Brugge waren reeds enige uren te Kortrijk eer het leger aankwam; zij hadden zich bij hun kennissen gehuisvest, en hadden insgelijks de herbergen voor de ridders, hun bloedverwanten of vrienden voorbereid; in zulker voege dat de edellieden, die met Gwyde waren, het avondmaal bij hun aankomst mochten nutten.

Deconinck boog zich heuselijk, en ging heen; zo deed ook Breydel, maar even had hij zich enige treden verwijderd, of hij gevoelde de last der wapenen die hem overal het lichaam klemden: hij keerde met haast terug voor Gwyde en sprak: "Edele Graaf, ik verzoek van UEdele nog een gunst." "Spreek, heer Breydel, zij zal u toegestaan worden."

Tot morgen dan, Mijne heren. Vergeeft mij dat ik u zo spoedig verlaat. Hare Majesteit wacht mij ik mag niet beiden. De Heer hebbe u in zijn hoede!" Hij verliet de zaal bij deze groet. "De Hemel zij gedankt, Mijne heren," sprak Gwyde. "De Koning is ons genadig; nu mogen wij getroost en verheugd ter ruste gaan.

Alles kon hun dit doen geloven, zijn glanzende uitrusting, zijn buitengewone gestalte en het rood kruis dat hij op de borst droeg. Gwyde en Adolf, die zich te midden der vijanden verweerden, bezagen elkander met de grootste opgetogenheid, zij hadden de gulden ridder herkend.

De jonge Gwyde van Vlaanderen was volgens de belofte, die hij in het woud, bij de puinen van Nieuwenhove aan Deconinck gedaan had, met de besproken hulp van Namen gekomen. Onderweg had hij het kasteel Wijnendale ingenomen en er de Franse bezetting neergehakt.

Het was duidelijk voor hem dat De St.-Pol met de legertros wilde ontsnappen; bij Gwyde naderende gaf hij hem het voornemen van de vijand te kennen. Meteen werden achter de slagorde enige ridders gezonden om de bevelen aan de oversten te dragen. Weinig ogenblikken daarna bewogen zich verscheidene benden en spreidden zich langs alle kanten in het veld.

Woord Van De Dag

bakels

Anderen Op Zoek