Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 3 mei 2025
"Als ik een man ben, dan word ik meester!" placht hij vertrouwelijk tot Jannetje te zeggen. "Dat kan niet," antwoordde zij dan, "er is al een meester." "Ja, dat begrijpen meisjes zoo niet; maar er zijn een heele boel dorpen, en in elk dorp is een meester noodig." "Wou je dan naar een ander dorp? En laat je mij en je vader en moeder en Gijs en Santje dan hier en ga je alleen weg?"
Toen Gijs zien voader 't piepke zag opstêken en dampen, toen stak ie óók zien piepke op, en dampte. Wóar de rook bleef dat begreep ie niet recht. Straks zonder ongelukken aan de overzij der rivier, en nog later aan het kleine spoorwegstation op den hoogen berg gekomen, was 't Meeuwsen weer roar, en had ie wel weerum willen keeren.... Moar, allo! kerrazie!
"Iesie of geen iesie," bromde de boer: "ik zeg dan moar, dat 't veur geen fasuunlik mins te doen is." "Dit is uwe kamer," hernam Karel, op No. 72 wijzende, daar Gijs zijn vader in 71 wilde volgen. "Ikke?" merkte Gijs aan.
Hoe die man "neen" had gezeid, en den noam van dat lozement had gevroagd; en dat Gijs toen had gemeind, dat 't Verdoel of zoo wat was; en hoe de man hen toen twee straten verder een Hotel had aangewezen, dat voader en zoon hadden aangegaapt, en daarna hadden uitgeroepen: "Dat is 't, dat is 't!" Het vlugge springkonijn, de jongeheer Karel, was al spoedig weder present.
Toen onze kermisgasten buiten de tent, en weer in 't gejoel waren, zei Gerrit: dat ie d'r zat en genog van had; en Gijs zei: dat 't smêrig was. "Wat nou?" vroeg Gerrit besluiteloos. "Hosse! hosse! hosse!" klonk het eensklaps uit wel vijftig monden van mannen en vrouwen, die dolzinnig hand in hand voortholden.
Van 't school tot aan Reinderts was 't niks, went dan goeng ze met Gijs en Mieneke mee; moar verder.... En Geurt de bouwknecht, zuumde zoo dukkels um 'r tegen te goan. Bang was ze wel niet, moar, 't vonder bij den appelen-bongerd was zoo smal, en de leuning was zóó hoog, dat ze er hoast niet bij kos kommen.
Kattenb.: leuizig, deuizend, keuiren, euiwt; Haarlemmerd.: loizig, doizend, koiren, oit. De Kattenburger bezigt ij, waar de Haarlemmerdijker ei aanneemt; b. v. Kattenb.: bij, hij, zij, jij, tapperij, zijt, trijn, rijs, Gijs, Haarlemmerd.: bei, hei, zei, jei, tapperei, zeit, trein, reis, Geis.
De tijd was omgevlogen. "Nou dag juffrouw." "Gijs, help de ouwe juffrouw 's!" Ze was nu op het perron, in Amsterdam. Daar had je al een agent. "Mijnheer de agent, zou u mij eens willen zeggen waar de... waar de... de..." "Wat moet je moedertje?" "Ik mot naar me zoon, die woont, die woont... Och, lieve God, nou heb ik den naam van de straat vergeten!" "Is het hier in de buurt?" "Dat weet ik niet."
Den ouwe, de oude, d. i. de kapitein van het schip. Het bij alle volken heerschende denkbeeld, dat ouderdom regt tot gebieden geeft, heeft deze beteekenis aan dit woord gehecht: de matrozen noemen daarom dan ook eenen Kapitein van 25 jaren den oude. Geloof jij die, Gijs? Slaapmussie, slaapmutsje.
"Neen, nou geef ik er den weerlich af!" riep Gerrit, zich aan de leuning vastklemmende: "Doar zou 'en mins gek van worden; 'k goai nie wiejer." "Nog een paar," overreedde Karel. In 't einde Gijs had 63 geteld bereikte men dan hijgende en zwoegende de bedoelde Nos. 71 en 72. "Ici," zei Karel, beide deuren schier gelijktijdig openwerpende.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek