Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 31 mei 2025
Ja, sprak Uilenspiegel, ik ken heur, 't is een Vlaamsche van Zottegem; zij woont in de rue Vinave-d'Isle, en de buren zeggen, dat hare moeder in heure plaats de straat vóór de deur keert en dat heur vader heure hemdenen strijkt. Doch Lamme antwoordde niet en sprak blijde: Zij heeft mij bezien. Getweeën kwamen zij aan het huis van Lamme, omtrent eene brug over de Maas, en Lamme klopte aan de deur.
Ernest keek niet op; maar pastoor Doening hief zich recht en zijn grijze hoofd neeg naar Francine. Mijnheer du Bessy beet op zijne lippen. Simon had stil de deur dichtgedaan. Toen de kist in de statige lijkkoets was opgesloten kwam de ceremoniemeester buigen vóor Ernest Verlat en mijnheer du Bessy, die, getweeën, als eenige geleiders van den rouw, in de duistere kamer waren gebleven.
't Was alsof ze getweeën kreeftsgewijs doorgingen, allebei noesch weg. De dame deed den heer af en toe stilblijven voor een modewinkel, en de heer haperde gewillig vóor de uitstalling van een boekhandelaar. Ze zeiden maar luttele woorden. Dat zijn brave getrouwde menschen, sprak Ameye. Zoo verschillend van meeningen toch? Ze geven malkander toe. Ze zijn redelijk. Zie!
Ze ging het vuur in de stove opkoteren, zoodat het poefend te zoeven begon. Ze schonk de koffie in en naderhand een druppelken cognac, en ze dwong elkendeen mee te doen en te drinken. Johannes kon ook wonderlijk alle droefenis wegtingelen met 't gevleugel van zijne aardige woorden. Getweeën droegen ze behendig hun moeielijke take, en endelijk scheen alle groot verdriet verdwenen.
De boete was langdurig genoeg; kus mij, liefste, en laat ons getweeën het vagevuur verlaten. Ha! zeide zij, bereidwillig gehoorzamend, de deugd is een schoon vendel om aan eenen stok te binden.
Aldus leefden Uilenspiegel en Nele getweeën heel goed; van verre zagen zij met vreugde de vrije Zeeuwsche eilanden: weiden en bosschen, kasteelen en vestingen, en de gewapende schepen der Geuzen, die de kusten bewaakten.
Het was op 't einde van de Grasmaand; al de boomen stonden in bloei, de planten waren in lichtgroen gedost, de nachtegalen kwinkeleerden in het loover: de heele natuur had zich gereedgemaakt om de Meimaand waardig te ontvangen. Dikwerf dwaalden Uilenspiegel en Nele getweeën langs de wegen. Nele ging aan Uilenspiegel's arm en hield hem met hare twee handjes vast.
Vere insgelijks luisterde met geveinsde belangstelling. Ze deden aldus getweeën mede aan het broze werk, dat Simon langs eenvormige woorden optrok rond Francine. Ze luisterden in gedwongen houding, terwijl elders hunne bezorgde aandacht verwijlde. En krokus had juffrouw Francine ook medegebracht. Hoe minzaam ziet er het fijne krokuskelkje uit!
In Goedele en haperde geen aarzeling meer. Ze geraakte in vroolijke stemming, drevelde om de kamer, schikte entwat, dat van zijn plaatse was verschoven, en toonde zich buitengewoon opgeruimd. Getweeën waren ze nadien luid-lachend aan het spelen, malkander treiterend of kriebelend of peensend. Nabij den noene stond Goedele beteuterd naar 't horloge te kijken. 't Is tijd!... Ze zuchtte 't bijkans.
Mevrouwe, sprak Uilenspiegel, 't is waar, we zijn getweeën: ik en mijn arme Lamme, die geen honderd pond op den rug kan dragen, doch gemakkelijk met vijfhonderd pond eten en drinken op de maag loopt. Jongen, zei Lamme, spot niet met mij; 't is al ongelukkig genoeg, dat mijn buik mij zoo duur kost. Vandaag kost hij u geen duit, sprak de dame. Komt beiden binnen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek