Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 6 juli 2025


Ze loerde omdieswille rijzekens naar Goedele, die opstaarde langs 't venster naar de varende doening der wolken. Ze had een zonderlinge bangheid over zich, lijk iemand die zondigt entwat en meent dat elkendeen 't kan lezen. 't En was precies niet dat ze gezondigd had, maar toch vreesde ze den diepen, droomenden blik van Goedele. Aan dien blik kon ze geen geheime gedachte verbergen.

Verzachten doet dat regenbeeld 't geweld der heete stralen, en lichter in de longer speelt voortaan mij 't asemhalen: zij vrede aan al die 't schoone van Gods wonderheên beseffen kan! 2 Ergens. 3 Long. Daar viel mij in 't gedacht entwat, dat, al te onveerdig opgevat, verloren liep; en, mondgemeens, en zal 't noch ik, noch iemand eens genieten. Het deert mij danig! Ei!

In Goedele en haperde geen aarzeling meer. Ze geraakte in vroolijke stemming, drevelde om de kamer, schikte entwat, dat van zijn plaatse was verschoven, en toonde zich buitengewoon opgeruimd. Getweeën waren ze nadien luid-lachend aan het spelen, malkander treiterend of kriebelend of peensend. Nabij den noene stond Goedele beteuterd naar 't horloge te kijken. 't Is tijd!... Ze zuchtte 't bijkans.

Zij staan in krabben , lang en smal van lijve, en recht een regenval gelijken zij, van goude.... neen, van zijde en licht en edelsteen. 't En is van al dat bloeit entwat zoo geluw, in geen blommenstad; 't is geluw, naast aan 't groen.... 't en doet, 't is groen, ten geel'wen uitgezoet.

Dat bleef lijden zonder dat er ievers entwat levends verroerde en eindelijk zagen zij alle twee dat hier niets te verrichten viel. Odo bond den zakdoek rond zijnen hals en hielp Vinie op zijn peerdeken. Ze vonden dan de koorde waarover zij gestruikeld hadden en ze besloten voorzichtig te rijden.

Ze vroeg, ontroerd: Waar gaan we? Ze kon niet verzinnen entwat dat nog verscholen lag, halvelings te raden, in de toekomst. Ze leefde ten volle en eeniglijk midden in haar huidig geluk. En hij wist zoo wonderbaar te vertellen van nietigheden, die altegare met blij gefluister omrankten deze heilzame stonde. Hij lachte en tooverde een prettig gewiegel van luttele beeldekens in hare hersens.

't en doet; en heel en is en al, voor goed, dat ongedicht gedachtje, dat was al te onveerdig opgevat, te nieten. Het leeft entwaar entwat dervan, dat visschende ik nog vangen kan, wellicht; en, eens in 't net, wie is 't, genaan ! die mij den visch ontvischt, en 't garen?

Treite loech of luisterde niet als hij uitkeek naar iets dat elders roerde of aankwam; hij wachtte lijk altijd, naar entwat dat gebeuren zou waar hij een kansje zou vinden om een stuiver of een borrel te verdienen.

Ze wenkte zoetekens met haar hoofd en hij kwam over haar buigen. Ze blikte in zijn wezen en vroeg: Waarom zijt ge bezig, zoo ijverig ... en zoo verre van mij? Ik maak entwat 'k en wete niet klaar.... Ik heb overal bloemen in mijn hoofd en ik zie overal gulden plantsoen. Ik peinsde dat ik 't zoo neerleggen kon, in lijnen.... Niet waar?

't Groeit overal entwat: tot op de blauwe schorren , maalt, onbemerkt, het mos, bij kleene kleene porren , zijn platte penningen, die, groene en grauw gedaan, of geluw, op 't gelent van de oude bruggen staan.

Woord Van De Dag

doppe

Anderen Op Zoek