United States or Turkey ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ook Hendrik en Gerrit waren hartelijk en belangstellend en Bernard moest natuurlijk een paar fijne flesschen geven. Later dan hij gewild had, kwam hij op kantoor, soezerig, en warm van den wijn. En hij bleef lang in den nacht werken, want Vrijdags moest hij weer naar Bussum om de aankondigingen te verzenden, en Zaterdag had hij 't erg druk om al dien verloren tijd weer in te halen.

Van André vooral, en van Gerrit Volle, die zoo plagend plat, zoo blasé-ongeloovig grinneken kon. Hij liep tegen zich zelf te redeneeren dat 't nonsens was bang voor die lui te zijn, dat ze toch eigenlijk tegen hem opzagen, dat ze jaloersch waren op zijn kracht. Maar hij geloofde dat toch niet heelemaal en bleef een beetje beklemd tot zijn ergernis.

"Kijk eens," riep Nel en hield drie pakjes in de hoogte, "in ieder pakje zit iets lekkers voor jullie, dat lijkt je zeker goed toe." De jongens bleven verlegen staan. "Gerrit, raad eens, wat ik hier heb?" zei Nel, een pakje in de hoogte houdende. "'k Weet niet," zei Gerrit verlegen. "Je moet raden," zei vrouw Pruim, lachend. Gerrit haalde de schouders op, durfde niets zeggen.

Er kwam een man voorbij, die den schilder lachend aankeek en hem toeriep; "Zoo.... zit je weer te vuilbekken?" En toen tegen Gerrit, vertrouwelijk: "Luister toch niet naar dat varken, Volle, je compromitteert je!...." Maar de blonde satyrkop, even lachend, gaf geen antwoord, vertelde rustig door, met tintelende oogjes.

Daar ging hij, met eenige zijner gezellen, in de leer bij meester Gerrit Klaas Pool, en werkte, met tusschenpoozen, vier en eene halve maand aan den bouw van een fregat, dat den naam Petrus en Paulus ontving.

In den vroegen morgen van den 18en Augustus 1697 voer een schip van eenigszins vreemden vorm de Zaan op, waar het al spoedig de aandacht trok van een eenvoudigen smid, Gerrit Kist geheeten, die bezig was met poeren. Kist was vroeger in Rusland geweest, waar hij als smid in dienst van den Czaar had gewerkt.

"Neem dan je geld maar weer meê," zei Passer; "dan moet je maar afwachten wat er van komt."" "En toen?" vroeg Gerrit. "Toen? Nou, Donderdag vóór acht dagen werden we met pak en zak er uit gezet. En daar stonden we. Veldwachter Koelewijn moest er van den burgemeester bij wezen. 't Ging hem aan zijn hart, dat kon je zien." "Ja d

Zij wist reeds lang wat haar nog nooit gezegd was, maar wat ieder meisje zonder zich ooit te vergissen leest in een enkelen blik van den jongeling, die haar liefheeft. Gerrit moest wel geduld oefenen, want hij verdiende nog niet genoeg; en Jannetje had geduld. En zoo leefden ze als goede vrienden en buren voort, in elkander geloovende; dus hadden ze voorhands nog geen haast.

"Ja," zuchtte moeder; "maar het geval ligt er nu eenmaal toe. En je kan ook nooit weten hoe de Heere met een krommen stok nog eens een rechten slag geeft." Gerrit zat met taai geduld den uitslag van die beraadslagingen af te wachten, zonder eenige neiging te voelen om op de kerkrechtelijke geschillen in te gaan.

Indien Gerrit de benoeming naar Bunschoten aannam, zou hij genoeg verdienen om te kunnen trouwen. Maar hij kon op de vingers natellen wat er verder gebeuren zou. De Afscheiding was in Bunschoten krachtig. Reeds in Januari 1836 waren 70 menschen toegetreden, in de eerste week van Februari weer 15, en dat ging maar zoo door.