Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 22 oktober 2025


En zacht glimlachend liet zij twee bankbriefjes bij 't zilver in Rozeke's schoot vallen en stopte haar in de hand een twintig-frankstuk voor het Geluw Meuleken. "Kom, Rozeke, schrei nu niet meer. Wees nu ook eens met mij gelukkig!" Maar Rozeke blééf doorschreien, schreide hoe langer hoe heviger. Al die emoties hadden haar gebroken; zij voelde zich ziek van ontroering.

Het Geluw Meuleken kwam met ernstige oogen op den drempel van het achterhuis staan, zwijgend-vragend of zij Rozeke met iets kon helpen. "Goa gij op 't hof, ik zal hier blijven," zei Rozeke. "Moakt dat er niemand in huis 'n kan, en da ge Fons of Vaprijsken moest zien komen, ziet da ge 't mij op tijd komt zeggen!" "Ge meug gerust zijn, bezinne" antwoordde't Geluw Meuleken.

Haar groote angst was van met hem, al was 't ook maar een enkel oogenblik, alleen te zijn. Dat was nog nooit voorgekomen sinds al den tijd dat hij bij hen woonde, behalve op dien avond toen het Geluw Meuleken was weggeloopen; maar nu, de laatste weken, leek het wel of het noodlot er zich mee bemoeide.

Alfons was op de boerderij gebleven met het Geluw Meuleken, aan wie de zorg voor 't kind was toevertrouwd, maar Rozeke was reeds in 't dorp en stond met popelend hart te staren naar de verte, besloten tot op 't laatste oogenblik te wachten op de verschijning van den bruidsstoet, vóór zij in de kerk de, op bevel van jonkvrouw Anna speciaal voor haar bewaarde plaats, zou gaan bezetten.

Zij zakte snikkend, met haar handen vóór de oogen, op een stoel en bleef er zitten schreien, eindeloos, eindeloos lang.... In de keuken stoeide 't Geluw Meuleken zacht met Hilairken en Marietje. Traag hossebossend kwam Smuls kar met een vrachtvol voeder van den akker op het erf gereden.

Doka had over den blauwsteenen vloer versch, glimmende geluw strooi opengeschud en alles zoo behoort, te kante gezet zoodat 't er nu ordentelijk zondagsch uit zag. z'Had heur dikken wollen rok aan, heur nieuwen gebloemden borstdoek, heur goudewerk en een zwart satijnen voorschoot met een geperkt blauwen daarboven.

Zij vloog de trappen af, huilde, schreeuwde om hulp, schreeuwend het woord, het gruwelijk schorre woord: "bloed! bloed! bloed!" schreeuwend met uitgepuilde oogen, hollend heen en weer als een krankzinnige, tot zij op het Geluw Meuleken en op Vaprijsken stootte en duizelend voor hun voeten in elkaar stortte. Alfons had bloed opgegeven!

Op een ochtend kwam het meisje, vergezeld van moeder, op de hoeve aan; en 't leek een vriendelijk, ietwat bedeesd deerntje, een zwartje, met héél lichtblauwe, bijna witte, kleine oogjes en een rond, zachtwangig, door de zon gebruind gezicht, vol bruine sproetjes, veel bruiner en veel dichter op elkander gezaaid nog dan die van het Geluw Meuleken.

De vaste tegenwoordigheid van Smul kwam haar niet langer meer voor als een steeds dreigend gevaar, alles bleef natuurlijk en gewoon zijn kalmen gang gaan, hij poogde zich geen rechten aan te matigen die hem niet toekwamen en ook met 't Geluw Meuleken en met Vaprijsken verkeerde hij op goeden voet; en weldra genoot ook Rozeke iets van de rust en zekerheid, die door Smuls flinke en krachtige bekwaamheid op Alfons' gemoed heilzaam werkte.

Onder het verkleurde, zwart-fluweelen dekkleed met zilveren franjes teekende zij haar akelige vormen af. Vader, moeder, La, de broeders, dempten met inspanning hun zuchten en hun tranen. Moeder bleef maar even buiten. Zij schetste een kruisteeken over den doode, tot vaarwel, en keerde stil terug bij Rozeke. Het Geluw Meuleken hield in 't achterhuis de kinderen bezig.

Woord Van De Dag

cnapelinck

Anderen Op Zoek