Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 3 juli 2025


"Foei Cilly," zei haar grootmoeder verwijtend, "hoe zou je moeder er nu ooit toe komen om dat lieve kind aan haar lot over te laten! Haar plaats is...." "Ja, zeker, Elsje's plaats is hier," viel mevrouw d'Ablong zenuwachtig in, geheel vervuld als zij op dit oogenblik was van het verlangen om te doen wat zij maar kon, om hare nalatigheid tegenover hare moeder op een of andere wijze goed te maken.

"Bedaar jij met je gelach, dat zou je fatsoenlijker staan. Foei man, ik zou me schamen, om mijn kind zoo'n opvoeding te geven. Maar ik zal hem wel krijgen, den rakker, wacht maar!" Met groote schreden vervolgde Flipsen zijn weg, zonder Dik of de auto met een enkelen blik te verwaardigen. Dik lachte nòg! "Wat was dat een bespottelijk gezicht!" zei hij binnensmonds. "Maar waar mag Jan toch zitten?

"O, zijn de rijtuigen daar?" zegt mevrouw Armelo tot Hendrik, die even in de gang komt om te berichten dat men vóór was: "Zeer goed, je zult wel wachten;" en dan tot de kleine dienstmeid een weinig zachter: "Nee, zeg aan Herman dat mijnheer vandaag niet kan overdoen. Foei, hoe indiscreet zijn de menschen!"

Daarom wensch ik dezen knaap aan mijn gezelschap te verbinden; hij zal de rol van een dier spelen en mijn leerlingen zullen des te hooger gewaardeerd worden. Foei, om hem voor een beest te laten spelen! riep Barberin uit. Men moet een weinig geest hebben, vervolgde Vitalis, en ik geloof dat het jonge mensch hiervan niet ontbloot zal zijn, wanneer hij eenige lessen heeft gehad.

"Arm kind," hernam de brave vrouw, het kind aan haar hart drukkende: "gij zult in mij haar wederom vinden, die gij verloren hebt;.... indien gij mij maar ook niet verliest!" voegde zij er zuchtend bij. "Foei, lieve engel!" zeide de Baron, haar kussende: "welke treurige gedachten! zoo iets moogt gij niet zeggen." "Maar toch wel denken," hernam zij.

De toegesproken man zag ons uit de hoogte aan van het hoofd tot de voeten en zei: "O, gij noemt u fakirs, en ge rijdt op fietsen! En dan uw brood te bedelen! Foei!" en draaide ons den rug toe.

"Ik wensch dat zij niet veel smaak in mijn persoon mogen hebben." "Meent gij dat?" zeide de jager. "Het is zoo, mijnheer Dick. Als ik ooit in een oogenblik van hongersnood moet worden opgegeten, dan wil ik dat het zij ten behoeve van u en mijn meester! Maar deze zwarten met mijn eigen vleesch te voeden, foei! ik zou van schaamte sterven."

Bij ons op school mochten wij ook geene andere boeken hebben, dan die mevrouw X. ons gaf; maar wij wisten er wel raad op. Caroline. Hoe deedt je dan? Louise. Er kwam driemaal in de week een dansmeester uit de stad: die bezorgde ons boeken uit een leesgezelschap. Clara. 't Zal een verheven keus van lectuur geweest zijn. Caroline. Foei! Clara. En hoe deedt je dan om die onopgemerkt te lezen?

De omstanders lachten of keken onverschillig, en er was niemand, die er aan dacht de vechtenden te scheiden. "Foei!" zeide Schaeck, toen hij bespeurde wat er gaande was, "is dat niet een schandaal, dat de grootste den kleinste slaat?" "Laat hem maar begaan," zeide Olfert, zijn handen wrijvende: "zie je niet, wie het is, die daar zijn vet krijgt, 't is Berkheij, nu, dat heeft hij lang verdiend."

"Dát zeg ik ook niet!.... dát 's wel mogelijk!.... dát weet ik natuurlijk niet!.... Maar áls ze aan je denken, dan zeggen ze: wel foei, wat 'n onbeleefd heer is die jonge Bandt!.... die weet niet hoe 't hoort!.... Ja jongen, je weet wel, ik zeg 't altijd maar net zooals ik er over denk. Ik heb me altijd zoo'n beetje beschouwd als een tante van je, die je wel zoo er 's

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek