Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 3 juni 2025


Hij werd een beetje wee van de banaliteit van zijn eigen woorden; 't gesprek begon hem tegen te staan. "Geluk zoeken?" bromde Sam nog. "Ik weet niet waar je 't over hebt!.... Ik ben zoo gelukkig als ik zijn kan.... Dat hangt toch maar weer alleen af van de eischen die je stelt.... De mijne zijn zoo overdreven niet...."

Han en Beerenstijn waren naar Den Haag, om 't aan z'n vader te gaan zeggen, "beroerde geschiedenis," bromde De Veer, "ze lagen zoo'n beetje overhoop met elkaar," en Eduard was met Gerard naar den burgemeester van Leiderdorp om de brieven af te halen, en de begrafenis te regelen.

Stel je voor, fluisterde Cecilius, om Cecilianus te laten lachen; dat onze moeder misschien zit in een van die draagstoelen! Wij zitten er zeker niet in, bromde Cecilianus, nog tusschen zijn tranen door en dicht tegen zijn broêr.

Het sloeg op St. Médard zes uren. Jondrette knikte bij iederen klokslag met het hoofd. Na den zesden slag snoot hij de kaars met zijn vingers. Toen ging hij door de kamer, luisterde in de gang, ging en luisterde weder. "Als hij maar komt!" bromde hij binnensmonds. Hij keerde naar zijn stoel terug, doch nauwelijks was hij gezeten toen de deur geopend werd.

"O, niets," zei Hilda, "'t is mijn horloge maar. En hoeveel kost die armband, zei U?" "Tik, tik, tik, tik!".... klonk het weer. "Ja, ja, weet 'k er alles van," bromde Hilda ongeduldig in zichzelf, "'t is elf uur, en de naaister wacht me. Nu, laat ze maar een poosje wachten, ik kan niet dadelijk weg." Toen weer tegen den goudsmid: "Dat is toch wel wat duur. Zou...."

"Waarachtig," bromde zijn vrind, en toen even zwijgend, en daarna uitbarstend in een zenuwachtige proestbui, riep hij uit: "Wat zou 'k een furore met 'r maken bij ons in Batavia!...." "Nou, nou," zei Bernard, "ik zou je toch raden dat zaakje wat kalm-aan te behandelen. Wou je soms nog trouwen voor je weggaat? Dat zal toch niet gaan!" "Waarom niet?" vroeg Edward.

"Neen, zeker niet," bromde deze terug, terwijl hij zijne beide handen tegen zijne wangen drukte, daar hij juist weer een hevigen aanval van kiespijn kreeg. "'t Is hier geen herberg." "Nu, vrienden!" riep Fulco, terwijl hij opstond, "je hoort het; ik kan hier den nacht niet doorbrengen, dus is het voor mij hoog tijd, om te vertrekken.

En toen, terwijl zij alles liet staan en liggen en in het midden van de kamer vluchtte, keek die langgeneusd en reuzegroot van achter de kachel en gromde en bromde: hij wordt toch je man niet. „Hoor je dan niets, zie je dan niets, zusje,” riep Veronica, die van vrees en beven niets meer kon aanraken.

Wees op je tweeden tocht voorzichtiger en let vooral goed op mijn bibliotheek." "Wat bedoelt hij toch met zijn Venetiaanschen spiegel?" bromde de concierge, die ongerust om de langs den muur geplaatste houten ramen dwaalde, in zichzelf; "ik zie geen spiegel; maar dat is zeker een grap, ik zie niets, dan een kamerschut; enfin we zullen wel eens kijken wat er met de tweede reis mee komt."

"Ga voorbij, onguur beest!" bromde de boschwachter, toen de aap hem den hoed toestak: "indien uw meester zulk een toovenaar is als hij beweert, kan hij zich geld genoeg verschaffen, en behoeft hij het ons niet uit den zak te kloppen."

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek