Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 13 juni 2025


Uilenspiegel, die begreep dat die slaap niet van langen duur wezen zou, zegde dat zij hem nog zwaarder moesten doen ronken; hij kroop door de haag, nam de flesch van den dronkenlap, gaf ze aan Nele, die ze met brandewijn vulde.

Katelijne sprak: Ik zal u helpen, zoo een meisje dat u bemint, u wil medenemen naar den Sabbat der Lentegeesten, het Pascha van 't Levenssap. Ik zal hem meenemen, zegde Nele.

Katelijne deed het meisje op eene bank zitten en betooverde heur door woorden en teekenen, en Nele viel zachtjes in slaap. Katelijne zegde heur: Ga in het kleine huis omtrent de Warande, het geliefkoosd verblijf van keizer Karel. Ik ben, sprak Nele stille, in een kleine kamer, groen geschilderd.

Goethe was getroffen, zegde zijn meening dat men van het Geheel naar de Deelen moet gaan, noodde den sympathiek luisterenden professor op zijn kamer, wierp daar met enkele pennestreken zijn "oerplant" op 't papier. "Dit is geen ervaring", zei Schiller die in het wijsgeerige altijd op correctie gesteld was, "dit is een Idee!"

Maar de burgemeesteren en schepenen veroordeelde hij om, zes maanden lang, eenen bril van achteren op het hoofd te dragen, opdat, zegde hij, als die van Oudenaarde van voren niet zien, zij tenminste van achteren zouden zien. En, bij keizerlijk decreet, staat die bril nog heden op het wapen van de stad.

Terwijl hij dit zegde, liep hij met ongeduld naar de zaal waar de heren met de Graaf waren, en drong met geweld door hen tot voor zijn vader. De ridders verwonderden zich grotelijks; want Robrecht was nog in volle harnas en gans met ijzer overdekt. "O Mijn Heer en Vader," sprak hij, "wat zegt men?

Mijne heren, ik ga u verlaten, met de hoop dat ik welhaast vrij en zonder hinder het geluk mijner trouwe onderdanen zal mogen bewerken. Ik verzoek u allen dat gij het grootste geheim over de echte naam van de gulden ridder bewaart, mijn broeder Gwyde zal de lieden der abdij dit insgelijks bevelen." Na die woorden, ging hij tot Adolf, en kuste hem op de wang. "Vaarwel, mijn zoon," zegde hij.

Ze schokte ineens heur lijden weg en raasde van ongeduld. Zwijgt! wacht en zwijgt, 'k en heb geen eten; heb ik zelf geëten in drie dagen?! wacht en zwijgt ge zult eten krijgen! Ze zegde dat en ze meende 't ook, doch waar ze't halen zou en vroeg of wist ze niet. Inwendig gloeide een deugddoende warmte in haar lijf.

's Zwijgers getrouwen antwoordden ons: De voorstellen des hertogen zijn een verraderlijke strik, waarin de prins geenszins zal vallen; hij kent 't lot van Egmond en Hoorne. Zij weten wel dat kardinaal Granvelle zegde, toen hij te Rome de aanhouding der graven vernam: Men vangt de twee blieken, maar men laat den snoek ontsnappen; men heeft niets gevangen, zoolang men den Zwijger niet heeft.

Haar vader was dood, vermoord, zegde men, door haren oom, die een boos mensch was. De arme prinses had veel verdriet en weende bitter, en haar booze oom gebood haar de stad Genève te gaan bewonen. Daar leerden de menschen haar weldra liefhebben; want, zij was zacht en schoon en hielp de arme lieden, zooveel zij maar kon.

Woord Van De Dag

zelenika

Anderen Op Zoek