Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 29 juli 2025
Maar Dina kwam juist den tuin in. Misschien wist die het wel. »Dina«, vroeg Nel, »wie wonen er in die leuke huisjes?« »Aardige menschen«, zei Dina. »Twee vaders, twee moeders en zeven kinderen. Ik ken ze al. In dat huisje woont de familie Veen en in dat andere de familie Zwart.« »Ik wou, dat ik eens iemand zag«, fluisterde Nel. Pas had ze dat gezegd, of twee kinderen kwamen naar buiten.
Ineens grepen ze elkaar weer vast en sprongen opnieuw de kamer rond. Daar zag Nel de piano. »Moe, nou moet u spelen: »Naar buiten.« Dat hebben we zoo vaak gezongen, als we in de stad bleven. En nou gaan we echt naar buiten.« »Ja, moe; u spelen en wij zingen«, riep Jo. Moe speelde den laatsten tijd niet veel: ze had er meestal weinig lust in. Maar nu was ze ook vroolijk. Naar Buiten.
En moeten we daar dan ook naar school? En hebben we een tuin; en krijgen we konijnen; en mogen we visschen; en zijn er appelboomen; en....« »Ho, ho, ho,« lachte pa. »Wilden jullie de heele wereld misschien ook hebben?« »Nee pa, maar....« »Ja, ja, je wou liefst alles hebben, en dan nog wat.« Jo lachte en Nel lachte. D'r oogen schitterden van blijdschap.
"Een egel?" vroeg ze verwonderd, "voor mij?" "Een extraatje van Door en mij," zei Nel lachend. "Ik had het diertje maar stil willen laten liggen, maar Door dacht, dat jij hem wel "snoezig" zou vinden, omdat je nu eenmaal alles snoezig vindt, wat dier is. We hebben hem aan den weg gevonden." "Laat eens kijken," zei Dolf, "hoe grappig, ik heb nog nooit een egel zoo dichtbij gezien."
Denzelfden dag deed hij het ook nog en twee weken later was de zaak voor elkaar. Op een middag kwam meneer thuis. »Waar zijn Jo en Nel?« vroeg hij. »Die doen even een boodschap, maar ze komen gauw terug. Heb je ze noodig?« »Ja«, zei meneer en hij lachte. »Wat kijk je vroolijk, man«, zei mevrouw. »Ik ben ook vroolijk.« »Waarom? Toe, vertel het me eens.« »O, ongeduldige vrouw!
Bob en Hansje togen ijverig aan het werk. "Och, kijk eens, dat kousje doet zoo raar," zuchtte Bob met een vuurroode kleur van inspanning, nadat hij al een heelen tijd bezig was geweest. "O, de hiel!" schaterde Leni. "Kijk, die zit boven op den voet. 't Lijkt wel een leeg geldzakje. Wacht, ik zal je wel helpen." Door, Nel en Leni hadden het druk met de logétjes.
Dan keek hij naar z'n moe en ging voor haar bed zitten. Maar lang hield hij dat nooit vol. Na korten tijd stond hij op en zwierf door het geheele huis. En dan ging hij opnieuw naar de ziekenkamer en zette zich doodstil neer. Nel was bijna altijd bij moe. Dat wil zeggen, als ze mocht. Want pa wou het niet altijd hebben. Maar als ze mocht, zat ze voor het ledikant.
Wat doe je?" vroeg Nel, toen Door den handdoek recht voor zich uit hield en dien aandachtig bekeek. "Ik zoek overal je natte puntje," zei ze plagend. "Denk je, dat ik mij na dat waterbad van jou nog ben gaan wasschen? Dank je wel, hoor. Ik heb mij lekkertjes met den handdoek afgedroogd. Wees maar blij, je kunt hem nu heerlijk gebruiken.
O, er waren ook wel kinderen, die alleen aan zich zelf dachten! Maar de meesten hadden graag de helft van d'r pleizier aan Roelofje en Jacob willen geven. Als 't maar gekund had. Toen Jo en Nel des middags thuis kwamen, vertelden ze alles aan moe. Pa was voor zaken op reis en zou een paar dagen in de provincie Groningen vertoeven.
"Zag je Hansjes gezicht?" fluisterde Door, zich nu ook oprichtend. Nel knikte. Tot overmaat van ramp kwam Foxje ook nog in de kamer, maar Door zette hem er voorzichtig uit en zoo kwamen de beide meisjes toch eindelijk klaar. Moeder was al beneden en werd in het geheim genomen; ze beloofde Leni, als ze beneden kwam, naar Kee te sturen, tot alles voor de jarige klaar was.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek