Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 29 juli 2025
»Ik wens slechts één vraag te doen," zei Louis Nel. »Heb ik de Kommandant goed verstaan, dat Hendrik Potgieter gezegd heeft te zullen weigeren hem of Gert Maritz te erkennen, als de meerderheid ten gunste van een hunner zou beslissen?"
»In de keuken, mevrouw..... het zat op de tafel..... En het sprong in eens op me aan en wou me bijten....« Dina's beenen trilden nog van den schrik. »Ik zal eens even gaan kijken,« zei mevrouw. »Wat is mevrouw toch dapper,« dacht Dina. Ze liep achter haar meesteres aan naar de keuken toe. En toen ze daar kwam.... Daar stond mevrouw te lachen, en Nel lachte, en Kee lachte....
"Dat is een treurig begin van zoo'n vroolijken dag," zei vader. "Stil maar, jongens," troostte Door, "vanavond krijgen jullie heerlijke appelbollen." "Jullie weet niet, hoe goed die voor bloedende neuzen en verstuikte voeten zijn," zei Dolf. "En voor alle menschen, die geschrokken zijn. Och, lieve tijd, ik beef er nog van in mijn beenen," klaagde Nel.
Hij had al gehoopt, dat de nieuweling bij hem mocht zitten. En nou gebeurde dat ook. Nel werd in de vijfde klasse geplaatst, naast een meisje, dat Jantje heette. Daarna konden de vierde en de vijfde klasse beginnen met het rekenwerk, dat op het bord stond. En meester ging naar de hoogste afdeeling, waarin »de geleerden« zaten. Klaas begon verwoed te rekenen. Ook Jo deed z'n best.
Maar de plaaggeesten lieten haar niet met rust. En toen ging Nel naar de kamer, waarin moe zat. Want ze was bezig met een handwerkje en dat moest af; het mòest. »Wat zullen we nou doen?« vroeg Klaas. Daar schoot Jo plotseling wat in de gedachten. Klaas had hem gisteren gefopt; wacht eens eventjes.... »Heb je onzen bedotter al gezien?« vroeg hij.
In de oorlog moge hij goed zijn, maar, om als wij ons gevestigd hebben, hoofd van ons bestuur te zijn, daarvoor deugt hij niet. Hij zou het vijfde wiel aan de wagen zijn." »Ik stem samen met oom Koos," hervatte Louis Nel, »en ik wil verder gaan.
"Ik pluk ook nog wat papavers," zei Nel, "die staan zoo beeldig." "Ja, dat doen ze, maar ze zijn zoo gauw verlept," vond Door. "Ziezoo, we hebben genoeg, laten we maar vlug opstappen, want het valt niet mee, alles te moeten rangschikken." "Is Leni al beneden?" was 't eerste wat Nel vroeg, toen ze thuis kwamen.
Jo en Nel en Kee bleven achter, terwijl hun vriendje op een drafje naar het kleine boerderijtje liep. Geen vijf minuten later was de jongen reeds terug. »En nou gaan we naar het boschje; daar kunnen we heerlijk spelen,« riep hij. »Ja, ja,« zei Kee, »je kunt je daar zoo fijn verschuilen. Verstoppertje, dat ken jelui toch wel?« Of Jo en Nel het kenden!
Klaas en Jo konden het best met elkaar vinden, dat weten we; maar Kee en Nel niet minder. Die hadden te zamen al heel wat gewandeld en al heel wat bekeken. En ook hadden ze te zamen al grappige avontuurtjes beleefd. Hoort maar eens. Kee had een muis. 't Was geen echte; neen, 't was er een van hout en ze had oogjes, die kralen waren.
»Dag Harms, tot van avond!« riepen twee jongens- en twee meisjesstemmen. »Veel plezier!« schreeuwde de boer. Maar de kinderen verstonden hem niet meer. »Daar gaan we heen,« zei Nel, en haar oogen schitterden. Het landschap scheen voorbij te vliegen. Alle kinderen keken naar de telegraafpalen en de draden. Wat bogen die prachtig; kijk, tot onder de raampjes.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek