Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 18 juni 2025


Zoo liep de zaak af en als ze mij niet wijzer maakte, ik werd er althans minder goed van vertrouwen door. Ik noodigde den Arabier niet meer bij mij uit en den jood ook niet. 's Avonds dronk ik nu dikwijls met een jongeman uit Livorno, die Azarini heette en mijn slaaf was.

»Non ist wentus, zoo als de advocaten zeggenantwoordde de kleine man, terwijl hij 't hoofd schudde en een buitengewoon sluw gezicht zette. »Heb je wat te handelen, van avond?« »Vanavond nietzei de Jood, zich omkeerend. »Ga je naar »De Kreupelen« Faginriep het kleine mannetje hem na. »Wacht! ik wil daar wel een slokje met je drinken

Hij is een steen, een echte keisteen, en er zit in hem niet meer medelijden dan in een hond; een jood zou geweend hebben, als hij ons afscheid gezien had; ja, mijn grootje, die geen oogen heeft, ziet ge, schreide haar oogen blind bij mijn vertrek. Wacht, ik zal u eens vertoonen hoe het toeging.

Van den anderen kant, scheen de reusachtige gestalte van den Normandiër in grootte toe te nemen, gelijk die van een adelaar, die zijn vederen opzet, als hij op het punt is, op zijn weerlooze prooi neer te storten. Hij bleef drie pas van den hoek staan, waarin de arme Jood nu, als het ware in de kleinst mogelijke ruimte gekropen was, en gaf een teeken aan een der slaven om te naderen.

Dit zeggende, ging hij met den nar naar huis. Intusschen vervolgden de reizigers hun weg met een haast, die een gevolg was van de buitengemeene vrees van den Jood; menschen van zijn jaren houden anders zelden veel van snelle beweging.

Om nu tot mijn boek terug te keeren: 't is 'n werk dat ik sedert den leeftijd, waarin ik tot literair bewustzijn ben gekomen, sedert mijn 17de of 18de jaar in mij heb gedragen.... 't Is waar: toen had het 'n anderen vorm: 't Was toen "de Verzoeking van den H. Antonius". Van mijn prilste jeugd dacht ik daar al aan, en in den loop der jaren heb 'k sommige passages daarvan ook al geschreven.... Maar ik kost niet klaar geraken ... 't was voor mij ondoenlijk alles saâm te dringen in 't kader van mijn verhaal.... Maar ik wachtte rustig, en eens in '97 'k was pas getrouwd, daarom herinner ik 't mij zoo goed zat ik in mijn hof en 'k las Goethe ... en 't werd mij opeens duidelijk dat de Legende van "De Wandelende Jood" geschikt zou zijn om alles te bevatten wat ik wilde zeggen.... Dat schoot mij te binnen, en die zelfden dag heb ik 't heele plan met alle symbolen en allegories uitgewerkt.

"Een Jood staat buiten de poort, edele en eerwaarde vader, en verzoekt broeder Brian De Bois-Guilbert te spreken." "Gij doet wel mij hiervan kennis te geven," zei de Grootmeester; "in onze tegenwoordigheid is een Preceptor slechts een gewoon lid van onze Orde, die niet naar zijn eigen wil mag handelen, maar naar dien van zijn Meester, volgens den tekst: "Zoodra hij mij hoorde, gehoorzaamde hij!"

Ik ben je de baas, Fagin, en voor den duivel, dat zal ik blijven. Daar! Als ik ga, ga jij ook; pas op voor me.« »Ja, ja, beste jongenzei de Jood, »dat weet ik allemaal wel; wij.... wij.... hebben dezelfde belangen, Bill... dezelfde belangen.« »Hmzei Sikes, alsof hij dacht, dat het belang meer aan den kant van den Jood lag dan aan het zijne. »Nou, wat heb je mij te zeggen

Hij hief zijne knots op, en zou krachtig op de schouders van den Jood toegeslagen hebben, zoo niet de Zwarte Ridder den slag tegengehouden en daardoor den toorn van den heiligen monnik tot zich zelven getrokken had. "Bij St. Thomas van Kent," riep hij, "wie houdt mij tegen? Ik zal u leeren om u met uwe eigene zaken te bemoeien, in weerwil van uw ijzeren pot!"

»En eene Atheensche!" riep Phanes. »Eene Jonische!" de mannen van Milete. »De dochter van een geomoor van Samos!" de beeldhouwer. »Maar ik ben meer dan dat alles," riep de edele vrouw in geestdrift uit, »ik ben meer, veel meer; ik ben eene Helleensche!" Al de gasten deelden in hare vervoering, zelfs de Syriër en de Jood werden medegesleept.

Woord Van De Dag

zingenden

Anderen Op Zoek