United States or Saint Helena, Ascension, and Tristan da Cunha ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maar met dat hart is 't zonderling gesteld. Gelijk de zon, verbreidt het licht en warmte, en 't wordt toch niet koud; zelfs houdt 't altijd nog gloed genoeg over, om wie daar aanspraak op hebben mede te koesteren. Ach, die kinderen van Phanes, ik had ze zoo lief!

Geen Griek mag ook maar het minste van uw aanslag te weten komen. Waar zal ik een veldheer, een raadsman, een dischgenoot vinden, als hij was? maar ik zie hem nog niet in uwe macht, en gij moogt wel bedenken dat, hoe loos gij als Egyptenaar ook zijn moogt, Phanes als Helleen niet minder slim is. Blijf vooral bij uw eed van alle gedachte aan het bezit van Rhodopis' kleindochter te zullen opgeven.

Phanes bleef voor de poort in den tuinmuur staan, zag oplettend om zich heen, luisterde een wijle, als om eenig geluid op te vangen, en schudde eindelijk het hoofd, zeggende: »Ik begrijp niet, wat dit te beduiden heeft.

Daar trad ik weder in den krijgsdienst, leerde Grieksch en Egyptisch, streed tegen Amasis, en werd door Phanes als krijgsgevangene hierheen gebracht. Ik had altijd als ruiter gediend; ik werd dus gevoegd bij de slaven, die voor de paarden van den koning zorg dragen. Ik paste goed op, en werd na zes jaren opzichter van den stal. Nooit heb ik uw vader en wat ik hem verschuldigd ben vergeten.

Phanes had deze woorden verstaan, want hij bevond zich in de onmiddellijke nabijheid van den spreker, hoewel dichte struiken hem voor een oogenblik onzichtbaar maakten. Toen Araspes zweeg, voegde hij zich bij de Perzen en zeide glimlachend: »Ik heb uwe gesprekken verstaan en dank u voor uwe goede gezindheid jegens mij.

De oude stond nu op, wierp een vluchtigen blik op het gebouw, bracht met de hand zijn dichten grijzen baard, die kin en wangen doch niet de lippen omgaf, eenigszins in orde, en vroeg kortaf: »Wat is die Rhodopis toch voor een wezen in uwe oogen, Phanes? Sinds wanneer dweepen de Atheners met oude vrouwen?"

Aristomachus had een houten been; toch stapte hij zoo gemakkelijk en snel naast den vluggen Phanes voort, dat men bijna in verzoeking kwam om te denken, dat hij met het houten been ter wereld was gekomen. In den tuin van Rhodopis geurde, bloeide en gonsde het, als in een nacht uit de tooververtellingen.

»Neen! Het blijft bij hetgeen ik gezegd heb." »Zoo beef niet slechts voor Phanes, maar voor een anderen, wiens lot wij in onze handen hebben, maar die wederkeerig uw lot in zijne handen heeft!" »Gij wilt mij dreigen, wilt den gisteren geknoopten band weder verbreken? Psamtik, Psamtik, ik raad u te bedenken, dat gij voor uw vader den koning staat!" »En gij, wees indachtig dat ik uw zoon ben!

»Dat is gemakkelijk te onderzoeken!" riep Phanes, »zoo het den koning slechts behaagt hem naar het slotplein te doen geleiden, en de gevangenen en veroordeelden voor zijn aangezicht te laten voorbijvoeren; dan zal het blijken, of hij zich als een man, dan wel als een lafhartige gedraagt." »Dat zal geschieden!" antwoordde Cambyzes. »Ik zal mij verborgen houden, en hem ongemerkt gadeslaan.

Stel het ombrengen van Phanes zoo lang uit, als het u mogelijk is, ik zou hem gaarne spreken voor hij sterft. Toch nog iets! Gisteren is er eene bende Ethiopiërs hier binnengetrokken. Deze lieden verstaan geen woord Egyptisch of Grieksch.