Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 5 juni 2025
Zijn oog had niets verdachts ontdekt, zoodat hij aan het drietal kwam mededeelen, dat men hier veilig was en geen overrompeling te vreezen had. Een uur later waren de prairie-honden gebraden, en Old Shatterhand nam er een stuk van. "Hum!" bromde Hobble-Frank. "Hondenvleesch eten!
Maar de krijgsmanstrots der Roodhuiden zal hun wel beletten een te groot aantal kampioenen tegenover ons te stellen. Mochten zij dat echter doen, dan zouden wij hen door spotternij dwingen om de kansen meer gelijk te maken." "Maar," zei Hobble-Frank, die tot nu toe gezwegen had, "het vooruitzicht dat gij ons daar voorspiegelt, is allesbehalve bemoedigend.
Laat vijftig krijgslieden der Timbabatsjen onmiddellijk naar den canon afdalen; Humply-Bill en Gunstick-Uncle zullen hen vergezellen." "Ik ook mee!" verzocht Hobble-Frank. "Ik ook asjeblieft!" zei Droll. "Goed," antwoordde Winnetou. "Gijlieden rijdt ook mee. Gij gaat naar beneden, tot daar, waar de canon smal begint te worden, en legt u daar achter de rotsen in hinderlaag.
Ze moeten later in de geschiedenis van het laatste kwartaal der negentiende eeuw niet kunnen lezen, dat ik, Hobble-Frank uit Moritzburg, mij door zulk een Indiaansch merino-gezicht heb laten overvleugelen. Die schande zullen ze mij niet kunnen nageven." "Maar zeg mij dan ten minste wat uw plan is. Misschien kan ik u nog wel een goeden raad geven." "Dank u vriendelijk.
Dit mannetje was mijnheer Heliogabalus Hobble-Frank genoemd, omdat hij, ten gevolge van een vroegere verwonding, aan één been een weinig kreupel liep. Achter die twee volgde een ver over de zes voet lange, en daardoor ook des te magerder gestalte, op een ouden kleinen muilezel, die nauwelijks de kracht scheen te hebben om zijn berijder te dragen.
Hij; wist niet hoe hij het had, en zijn verstand was niet genoeg ontwikkeld om te kunnen raden, hoe glorierijk men hem bij den neus had genomen. Hobble-Frank voelde zich in de hoogste mate tevreden, en legde het nog overige gedeelte van den weg op zijn gemakje af, als deed hij een wandelingetje.
Maar de qualiteit van zijn hersens scheen niet geëvenredigd aan de lengte van zijn beenen. Hij had een echt apengezicht, maar zonder dat men er een zweem van de oolijkheid dier diersoort op ontdekken kon. Hobble-Frank was ook naderbij gekomen, en had ook eens goed het Hert bekeken. "Wel, wat denkt gij van hem?" vroeg hem Old Shatterhand.
Hij had ontzaglijk groote en breede voeten, waarop hij stellig zóó vast stond, dat er aan hem geen verwikken of verwegen zou zijn, zoodat de kleine dikke Jemmy geen heel plezierig vooruitzicht had. Nu stond daar de derde nog, een beenderige kerel, bijna vier el lang, ijl en smal maar met een hooggewelfde borst en eeuwig lange armen en beenen. Arme Hobble-Frank!
Vlak vóór de gevangenen reden er twee, die elkander veel nader waren, dan beiden vermoedden, namelijk Tante Droll en Hobble-Frank. Zij spraken samen geen woord. Toen zij zoo een eind voortgereden hadden, trok Droll zijn voeten uit de stijgbeugels, klom al rijdende op den rug van zijn paard en ging toen achterste voren in het zadel zitten.
"Old Shatterhand, lange Davy, dikke Jemmy en die kleine Hobble-Frank." Die namen verwekten algemeen opzien. Eenigen kenden een of meer der genoemden persoonlijk; de anderen hadden genoeg van hen gehoord, om insgelijks in hooge mate belang in hen te stellen. Het werd een kruisvuur van opmerkingen, totdat Winnetou tegen Old Firehand zei: "Ziet mijn broeder nu, dat ik gelijk had?
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek