Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 6 oktober 2025


Wel weet ik, dat hij eigenlijk Suef heet, maar veel weet ik van hem niet. Hij komt zeer dikwijls bij Murad Habulam, en ik verdenk hem sterk dat het geen eerlijke zaken zijn die zij doen. Daarom ben ik hem steeds uit den weg gegaan. Het is beter met zulke menschen niet in aanraking te komen. Het liefst zou ik van hier weggaan en blij zijn, als ik u naar Weicza zou mogen begeleiden.

Kunt gij dat veinzen en u goed houden, als hij soms komt kijken? Ik denk wel van ja. Laat dan de rest maar aan mij over. Kunt ge mij ook zeggen, waar wij Habulam zullen vinden? Gij ziet de deur terstond. En waar is de keuken? Links van de plaatsdeur. Men heeft er u voorbij gereden. Pas echter op, dat hij u niet ziet aankomen, want dan schuilt hij weg.

Zijn beide zolen van af de teenen tot de zolen opengeslagen, zonder dat de vereischte slagen gegeven zijn, dan moeten de overige rechthoekig op de vorige vallen. Dat noemt de Turk, die zoo'n executie wel aardig vindt, schaakbord slaan. Murad Habulam knipoogde welbehaaglijk tegen de bank, als zag hij een vriendelijken vriend.

Habulam, gij hebt daar een groote domheid begaan. Ik zou niet weten, welke, Effendi! Gij hebt u zelf gelogenstraft. Eerst hebt gij beweerd, den Shoet niet te kennen, en nu hebt gij toegegeven, dat gij weet waar hij woont. Ah! geen woord heb ik gezegd. Toch wel!

Ook deze uiting van woede bewees mij dat ik op het rechte spoor was. Is er dan een plaats van dien naam? vroeg Habulam langzaam en op gedempten toon. Nirwan is een Perzisch woord; dus zal men die plaats wel nabij de Perzische grens moeten zoeken. Neen, Effendi.

Er lagen nu reeds meer vogels dood op den grond. De arme diertjes gingen mij wel aan het hart, maar ik had ze moeten opofferen om zekerheid te krijgen. Wat zult gij nu met de ommelet doen, Sihdi? vroeg Halef. Zullen wij naar Habulam gaan en hem met zweepslagen dwingen zijn eigen ommelet op te eten? Het eerste gedeelte van uw voorstel neem ik aan, maar het laatste niet.

Dat gaf den doorslag. Habulam ging om het geld te halen, en ik bleef, tot hij de menschen afbetaald had. Toen gaf ik hem het vergif en de brokken, en liet de paarden voorbrengen. Men kan zich voorstellen, hoe weinig hartelijk het afscheid was. tusschen ons en onzen gastheer. Hij verontschuldigde zich, dat hij ons geen uitgeleide kon doen, van wege de pijn aan zijn voeten.

Meent gij, dat ik bang voor u ben, zoodat ik door slaag gedwongen kan worden, om u de waarheid te zeggen? Zeg die dan, als gij werkelijk zoo moedig zijt als gij beweert. Ja, dien moed heb ik. Het is juist zooals gij hebt verteld. Wij hebben u willen dooden. Het is niet gelukt; maar bij Allah! voor gij ver van hier zijt, hebben de kraaien uw lijken te pakken! Hij ijlt, hij ijlt! riep Habulam.

De Miridiet mag dengene inpikken, die zich Omar noemt. De Miridiet had tot nu toe met de armen over de borst geslagen, zonder iets te zeggen of eenig teeken van goed- of afkeuring te geven, op zijn plaats gestaan. Maar nu wees hij die opdracht af en zei met beslistheid: Ik wil van daag met dien Omar niets te maken hebben. Niet? vroeg Habulam verwonderd. Hebt gij voor u dan een ander uitgekozen?

Was het een gruwel of bloeddorstig, deze goddelooze godvergeten schurken, die zich in onze handen bevonden, te straffen met een bastonnade, die zij naar 's lands wet hadden verdiend? Zeer zeker niet! Integendeel, ik ben overtuigd, dat wij al te zacht zijn opgetreden. Dat wij den ouden Habulam, dien giftmenger, eenige benauwde oogenblikken lieten doorleven, wie zal ons dat euvel duiden?

Woord Van De Dag

cnapelinck

Anderen Op Zoek