Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 8 juni 2025


Waarom spreekt gijlie nu niet meer? Ze smeekte. Ze ging Vere kussen en weende op Vere's schouder. Simon vertrok schielijk; hij zou eens gaan kijken, en ze moesten alle drie wachten tot hij terugkwam. Francine bad: Wat hebben ze met moederken gedaan? Oomkelief, waarom moet ik wachten? Waar is Ernest? Oomken stotterde, mompelde tusschen zijne tanden, kon niets dan schuddebollen. En Vere zweeg.

Francine wist, dat haar buurman een arme tobberd van een kunstenaar was, en Jacques had gehoord, dat zijn buurmeisje een naaistertje was, van huis weggeloopen, om zich aan de slechte behandeling door haar stiefmoeder te onttrekken.

Francine schoot uit in eene korte, pijnlijke woede, waaronder Ko en Oomken beiden even verbaasd stonden en aangedaan. Gij hebt wèl orders ontvangen. Joep moest vóor tien uren klaar zijn. Ko vertrok en Francine stampvoette.

Dat is wenschelijk, hernam Vere. Gij hebt echter zeer klaar en wreed genoeg laten onderstellen dat ons huwelijk eene dwaling was. Ik ben Francine niet en gij zijt Rupert niet. Ik heb er geen schuld aan, als ons huwelijk teenemaal niet op het huwelijk van Fran en Rupert lijkt. Het kan er niet op lijken en moest het er ooit gaan op lijken, dan zal het zijn dat ik mijn geweten verloren heb.

Ze gingen, traag en zwijgend, naar het hotelterras en de te felle belichting klaterde op hun aangezicht en kittelde in hunne oogen. 's Anderen daags was Francine zeer droef. Ze kon, zei ze, Interlaken niet meer verdragen en Rupert moest, wilde ze van haar reis een plezierig beeld bewaren, dadelijk alles voor het vertrek inrichten.

Dit alles ging gepaard met woorden van vereering en dankbaarheid, waaruit men te gelijk besluiten kon dat Francine eene hooge dame en bovendien een lid van Sabine's familie was.

Pastoor Doening, meteen gerustgesteld, schuddebolde goedig, wenkte met zijne slimme oogjes een opvallend gedacht toe, dat hij jegens een grillig en hartelijk meisje niet uitdrukken wilde, en beloofde dat hij zwijgen zou als een graf. Francine bleef, de dagen die daarop volgden, blijgeestig en toonde zich jegens iedereen ongemeen vriendelijk.

"Wat een geluk!" zeide het jonge meisje. "Een winternacht .... die duurt lang." Jacques kwam met een mof terug. "Wat een mooie!" zeide Francine; "als ik uitga, zal ik hem dragen." Den nacht bracht zij in Jacques' armen door. Den volgenden dag, Allerheiligen, trad met het kleppen van het middag-angelus de doodstrijd in. Zij begon over haar geheele lichaam te beven.

Maar om Francine bij zich te kunnen houden nam hij ook, wanneer de gelegenheid zich daartoe aanbood, werkzaamheden aan, die wat opbrachten. Zoo werkte hij bijv. een tijd lang in het atelier van den ornamentist Romagnési.

Toen de buurvrouw Francine in de lijkkist legde, bracht men Jacques in een ander vertrek, waar hij enkele van zijn vrienden vond, die gekomen waren, om de ontslapene de laatste eer te bewijzen. De bohémiens onthielden zich tegenover Jacques, hoewel zij hem heel graag mochten lijden, van al die troostwoorden, die het verdriet toch slechts grooter maken.

Woord Van De Dag

buitendam

Anderen Op Zoek