Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 20 juni 2025
Op de stoep, onder één parapluie stonden Davy en Berlijn van Laboen. "Kijk", zei Eleazar, minachtend. Berlijn had 'm herkend, trok Davy snel mee. De deur flapte open, doorliet den schijn van veel lichten de deur flapte dicht. "Was dat nie Davy?" , vroeg dof-grommend Juda.
"Maar ik scherts volstrekt niet: het is mij wel degelijk ernst." "Wat! Zoudt gij dat geweer werkelijk uit uw bezit willen verwijderen?" "Ja," antwoordde de Engelschman. "En het aan mij vereeren als bona immobilia?" "Zoo is het!" "Geef dan maar hier, geef dan maar gauw hier, eer gij berouw krijgt. De waan is kort, gelijk Jemmy, maar het berouw is lang, gelijk Davy, zingt Freiligrath.
Derhalve heeft Humphry Davy zich niet vergist. Derhalve heb ik geen ongelijk gehad hem te gelooven. Wat hebt gij hierop te antwoorden?" "Niets." Inderdaad had ik heel wat kunnen zeggen. Ik nam de theorie van Davy geenszins aan, ik hield het nog altijd met de inwendige warmte, hoewel ik er de uitwerkselen niet van gevoelde.
Maar 'k hei d'r een 'n mekaajem gegeve dat 'm 't bloed uit z'n bek sprong!... Late z'op schorum inslaan! Komp 't ons nie toe dadde we opkomme voor onze rechte! Lijje we niet genog schwiejenieje! Geen pietsie, 'n korrel 'n ongeluk vleesch hei'k in de laatste tijd gezien! As die gattes, die verrekkeling van 'n Davy uit de zocieteit komp verzuip 'k 'm of me naam is geen Jijle!"...
Hij had nog slechts het derde gedeelte van de baan af te leggen, en de Indiaan had nog geen derde achter den rug. De twee zwemmers schoten elkaar voorbij. "Hoera!" riep Davy, niet in staat om dien vreugdekreet te bedwingen. De Roodhuid beantwoordde dien jubelkreet met een ver in het woud hoorbaar woedend gebrul. Nu was het zwemmen voor Davy geen inspanning meer, maar een aangename uitspanning.
Daardoor verdubbelde zijn snelheid, en weldra was hij den Rooden Visch vooruit, hetgeen dezen aanspoorde om nòg meer van zijn krachten te vergen, in plaats van die te bewaren voor de grootere moeilijkheden, die hij later te boven zou moeten zien te komen. Nu naderde Davy de uitwatering.
Gij zijt altijd en eeuwig het ei, man! dat wijzer wil zijn dan het hoen. Old Shatterhand heeft alles gedaan wat mogelijk was; ik geef hem daarvoor een bon met een sterretje er achter; en ik geloof zeer stellig, dat Davy er ook zoo over denkt." "Dat spreekt vanzelf," antwoordde deze. "Een gevecht zou onvermijdelijk tot onzen ondergang geleid hebben."
XVI. Prachtig uitzicht van den Sneffels. In verrukking. Naar den krater. De vervloekte naam. Geen zon, geen schaduw. Lidenbrock wanhopig. De Scartaris geeft schaduw. XVII. Naar den afgrond. De theorie van Davy bevestigd. Geen inwendige warmte. Op den bodem van den krater. XVIII. Kalmte. Begin der onderaardsche reis. Schakeeringen der lava. XIX. De kruisweg. Vermoeienis van Axel. Klimmen of dalen?
Dus hebt gij er niets tegen, dat wij ons naar de Elk-bergen bij u aansluiten?" "Mij is het goed, als mijn kameraden het ook goedvinden." "Mooi, master! mogen wij dan nu ook naar uw namen vragen?" "Waarom niet? Mij noemt men den dikken Jemmy; en mijn buurman rechts..." "Stellig den langen Davy?" viel Knox hem schielijk in de rede. "Juist! Dat hebt gij goed geraden." "Natuurlijk!
Aan de overzijde stond Old Shatterhand met zijn opgeheven Henry-karabijn, en naast hem zat Hobble-Frank neergeknield, zoodat Davy en Jemmy over hem heen konden schieten. De Roodhuiden hadden op de aanmaning van Old Shatterhand niet dadelijk de wapenen nedergelegd, en daarom waren de schoten gevallen. Vijf doode Utahs lagen op den grond.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek