United States or Armenia ? Vote for the TOP Country of the Week !


»Goed, goed, Louis!" viel de Kommandant hem in de rede, en vroeg met klimmende angst: »Wie zijn de mannen van de brandwacht?" »Oom, gisteravond zijn maar vijf man uitgegaan: Koos Labuschagne, Klein Koos Uijs, Floris en Cornelis Botha en mijn broer Stefanus.." De Kommandant bespiedde weer aandachtig de overzijde van de vallei: »Dat zijn vijf kloeke mannen, en voorzichtig ook.

Mijnheer Verhagen ziet hem met een heel klein, bijna onmerkbaar lachje om de lippen aan, terwijl hij antwoordt: "Mag ik u wel zeer bedanken voor de gegeven inlichtingen, mijnheer Strijkman? Ik ben u verplicht voor de moeite, om hier te komen, maar ik mag nu niet langer uw tijd in beslag nemen. Cornelis, wil je mijnheer even uitlaten!"

Luister, zeide zij, wees niet grammoedig, ik zal u alles bekennen: wetende dat al de monniken mannen Gods zijn, vertrouwde ik mij aan een hunner; hij heet broer Cornelis Adriaensen. Toen Lamme dit hoorde, riep hij uit: Wat, die smerige paap, wiens mond een rioolgat was, vol drek en vol modder, en die steeds dorstte naar het bloed der hervormden!

Wel, is dat de zwarigheid? wagt, met je Vrouw, de occasie hier by my af: of wil zy niet by zo een knorrig man zo lang komen inwonen? Ik. Daar is geen woord over gesproken; maar ik ben wel verzekert, dat myn aanstaande Vrouw over haar Mans Vader dus onheusch niet zal oordelen; en ik bedank u by voorraad allerhartlykst voor deeze aanbieding. Hy. Waar is uw Broeder Cornelis? Ik.

Zij mochten ongehinderd met hun geweer vertrekken; de gehuwden, die blijven wilden, moesten natuurlijk den eed van trouw aan de Staten afleggen; van den voorraad nagelen zou de helft aan de Compagnie worden afgestaan, de helft tegen marktprijs worden overgenomen . De "kapitein Hitoe" sloot namens de Hitoeezen met hem een contract, waarbij men beloofde, elkaar wederkeerig, wat het geloof betreft, geen overlast aan te doen . Hierop vertrok Van der Hagen naar Banda, liet Frederik de Houtman in de vesting op Ambon achter en gaf zijn onderbevelhebber Cornelis Bastiaensz last om met vijf schepen naar Ternate te zeilen en van daar uit zoo mogelijk het fort op Tidore op de Portugeezen te veroveren.

Pieter, de broeder van Cornelis, in 1568 geboren, had bij zijne vrouw, Gerritje Claessen, vrouwe van Randenbroek, twee dochters, Margaretha en Geertrui, en een zoon, Jacob, den bouwheer van 't Stadhuis. En nu de zuster van Willem en Jacob? Ik zeide u, dat haar naam mij niet bekend was; maar des te meer die van haren man en hare drie dochters.

Staten van Friesland, te Leeuwarden. K. J. R. v. Harderwijk, te Noordwijk-binnen. E. R. Harkema, te Leeuwarden. Cornelis Harmens, Zeehandelaar te Harlingen. N. T. Haverschmidt, Lid van den Gemeente-raad en Apotheker te Leeuwarden. K. Sipkes Heep, Candidaat-Notaris te Holwerd. D. Hekker Jr., Onderwijzer te Amsterdam. G. A. van Hemert, Onderwijzer te Harlingen. J. C. Hemsing, Med. Doctor te Blija.

Hij, Cornelis, was getrouwd geweest met Catharina Quekels, die hem twee kinderen schonk, Jacob, in 1598 geboren, en de bekoorlijke Machteld, haar, die door Constantijn Huygens bemind werd, en op wier dood in 't bloeien harer jeugd Vondel zulk een alleraandoenlijkst gedichtje schreef.

Zie, Bram, zo ben ik nu ook weêr, als ik iets doe, doe ik het terdeeg; ik hou niet van dat krummelwerkje. Hoor, als ik over den hond kan, kan ik ook over den staart. Als Cornelis het wel maakt, en hy een ordentelyk meisje wil, gierigheid daar aan heb ik my nooit bezondigt; ik wil maar baas zyn, en gelyk hebben. Ik.

Ik zou wel eens willen weten, wat de beroemde mannen onder onze voormalige stadgenooten, die Amsterdam in zijn vollen luister gekend hebben, wel zouden zeggen, als zij weder eens in levenden lijve over onze straten konden wandelen, mannen b. v. als Cornelis De Graef, Nikolaas Tulp, Bartholomeus Van der Helst, Joost Van den Vondel, Michiel Adriaensz. De Ruyter en Jan Claeszen.