Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 26 juli 2025
Daarom, daar gij allebei in hem bezit, geloof ik gaarne, wat gij van Uw verdriet zegt. Maar om kort te gaan, ik zie er raad noch baat voor behalve dit eene, dat Ferondo zich van dien naijver geneest. Het middel om hem te verbeteren zou ik al te goed weten te bereiden, mits gij den moed hebt geheim te houden, wat ik U zal zeggen.
Hij trok een blauw zakje te voorschijn en lei 't neere voor hem, en nam vervolgens nog een grooter zakje, in getafeld linnen, en lei 't nevens 't andere. Hij bekeek ze dan allebei met troetelende oogen, en zijn tonge sleerde tweemaal over zijn lippen ten teeken dat hij tegenwoordig gelukkig was. Hij ontknoopte zijn jas en over zijn beenen heen zeeg het ivoren kistje, dat Sebastiaan aan moeder ten geschenke gegeven had. Juist bij tijde kon hij 't grabbelen, en een subiete warmte schoot op naar zijne wangen, bij 't gedacht dat het in zijn val op den vloer groot gedruisch hadde gemaakt. Hij keek onwillekeurig omme, en Goedele zag zijn oogen van schrik openstarren en zijn neuze, langgeworden, over zijn mond een schaduw leggen, lijk een bange holte. Hij bukte zich opnieuw. Hij ontsloot het getafeld zakje en goot in het kistje, profijtelijk om niet de stilte te storen, den rinkelenden inhoud. 't Waren koperen en zilveren muntstukken en allerlei kleine dingen van stoffelijke weerde: gulden franjen, oude knoopen, kragen en borduursels van marine-officiers, allerlei metalen platen en rondekens, schitterende gesteenten. Goedele herkende in den kostelijken schat een duurbaren halsband van peerlen en koralen stekjes met onderaan een schoon geel kruis. Ze had het juweel overjaar verloren, meende ze. Ze merkte nog een paar ringen, die Sebastiaan peinsde te zijn zoek geraakt bij de pompe, een dag in den Zomer, als hij moegetennist was en zijn handen wou wasschen. Vele kleinoodiën lagen daar ondereen in wanorde. Rik wroette met zijne vingeren erin en stak zijn kinne uit naar voren, en neep zijne oogen dichte om diepe zijn wellust te voelen. Hij scharrelde in de schitterende gesteenten, hij streelde langzaam dien overvloed van weelde, peuterde om robijnen en diamanten, bepootelde de zware kettingen, zich deugddoende aan zijn tastelijk eigendom. Zijn lippen hergingen bijwijlen. Hij reutelde, zingend zoetekens: Al 't mijne ...
Hij was half in het donker blijven zitten, zijn gezicht buiten den lichtkring der lamp; de eene arm achter om de leuning van zijn stoel geslagen, verdween in het donker. Tusschen de rookwolken door spraken de beide mannen over de droogte, allebeî klaagden zij zich uit tegen elkaâr, kalm zonder gesticulaties.
"De neven moeten nu maar eens goed kennismaken", zei mijn tante, die tot de minzaamste aller schommelige huismoeders behoorde; "ze zijn toch allebei student". "Ja maar", zei Pieter, nog lang niet gemeenzaam met het denkbeeld van eene kennismaking, "in verschillende vakken". Dat was waar, en zelfs op verschillende academiën.
"Tot je dienst," zeiden wij allebei: "wat is er van je believen?" "Wilt ge zoo goed zijn, mij te volgen?" zei zij toen weer, met een allerliefst stemmetje. "Niets liever dan dat," antwoordden wij; want wij hadden mooi onze bekomst van in die stinkende schuur te zitten.
"En ik, mijn zoon, kan je verzekeren, dat het wederkeerig is. Van het eerste oogenblik af aan, dat ik je zag, had ik schik in je. Ik denk, dat we allebei onder Weegschaal of Tweelingen zijn geboren, wat, naar men zegt, de gesternten zijn, die de menschen verbinden."
Allebei, de vloo en de sprinkhaan, deden behoorlijk uitkomen, wie zij waren, en dat zij dachten, dat zij wel met een prinses konden trouwen. De hup-op zei niets; maar men vertelde van hem, dat hij des te meer dacht; en toen de bulhond hem alleen maar besnuffeld had, wilde hij er wel voor instaan, dat de hup-op van eene goede familie en van het borstbeen van een echte gans gemaakt was.
Odo haalde zijnen hengst buiten en met lichten zwaai zat hij scherrelings ten dorse. Moet ik ze allebei beschikbaar houden? vroeg Verkamer nog, opzettelijk luide om door die dubbelzinnigheid den veekoopman te misleiden.
Er was 'n beetje bitterheid in haar lieve stem; ze had de laatste dagen weer zoo gevoeld, dat Else haar eenige was. "Maar tante, u weet toch..." "Welke ouders kunnen hun kinderen altijd bij zich houden," peinsde Eduard. "Ze studeeren of ze trouwen; dat komt op hetzelfde neer." "En mijn dochtertje doet allebei: eerst studeeren en dan trouwen," tante lachte alweer.
"Niets. Ik wou, dat ik wat doen kon." "Waar woon je?" "Nergens." "Heb je dan geen vader of moeder?" "Allebei dood." "Heb je dan geen ooms of tantes, of iemand waar je bij woont ?" "Neen. 'k Weet niet eens, waar ik van nacht slapen zal." "Dan ben jij een zwerver." De jongen wacht even, ziet Dorus opmerkzaam aan en zegt dan: "Zeg! je hebt een bochel." "Dat weet ik wel."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek