Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 24 juni 2025
De alférez ging op een stoel zitten, naast de onheilvolle deur, en had het geduld om meer dan een half uur te wachten. "Ben je werkelijk weggegaan, of zit je daar, lamstraal?" vroeg de stem van tijd tot tijd, met wisselend epitheton, maar stijgend in toon. Eindelijk begon ze stuk voor stuk de meubels weg te halen. Hij hoorde het gedruisch en lachte. "Oppasser!
"Andong, meneer!" herhaalde de onnoozele hals. "Zet u maar Bernardo of wat dan ook," besliste de alférez. "Familie-naam?" De man keek hem ontzet aan. "Wat voor 'van' heb je, wat zeggen ze achter je naam Andong?" "O, meneer! Andong Halve Gare, meneer!" De omstanders konden hun lachen niet honden. Zelfs de alférez stond stil op zijn wandeling. "Beroep?"
Deze hield als verlegen op, zwaaide de zweep, de vreeselijke zweep, zoo welbekend bij dieven en soldaten, te Aelongo gemaakt en door den alférez verbeterd met ingevlochten ijzerdraad, en zeide: "Nu is 't jouw beurt om te dansen dans!" En ze begon zachtjes op de bloote voeten der krankzinnige te slaan. Deze vertrok haar gezicht van pijn, en bracht de handen aan de voeten, om deze te beschermen.
"Ja zeker, en Padre Dámaso ligt nu te bed! "Ze zeggen dat het dezelfde Elias is, die u in den modderpoel heeft gesmeten, mijnheer de alférez." De alférez kreeg een kleur, van schaamte of van den wijn. "Och, ik dacht zoo," hervatte Padre Salvi eenigszins spotachtig, "dat u op de hoogte van de zaak zou zijn... dat u als kommandant van de guardia civil..."
"Die zijn verdwenen, zonder dat iemand iets van hen is te weten kunnen komen!" voegde don Filipo er op strengen toon aan toe. Hij keek onderwijl den burgemeester aan, en deze sloeg de oogen neer. "Ga die vrouw zoeken!" gelastte Crisóstomo aan de bedienden. "Ik heb beloofd moeite te doen, om uit te vinden waar haar kinderen gebleven zijn..." "Wat is er verdwenen, zegt u?" vroeg de alférez.
"Hoor toch 's dien lomperd van een koetsier! Ik zal z'n baas 's zeggen, dat hij zijn bedienden een betere opvoeding moet geven. "Laten we naar huis gaan!" beval ze aan haar man. Deze, die voor een onweer vreesde, draaide rond op zijn kruk, en gehoorzaamde het bevel. Ze kwamen den alférez tegen.
"Omdat de alférez en zijn vrouw met elkaar gevochten hebben en niet kunnen slapen." "Zeg aan den alférez dat we vergunning hebben. Niemand in 't dorp is hier bevoegd, zelfs niet de burgemeester, die mijn eenige meerdere is." "Nu maar de voorstelling moet ophouden!" herhaalden de soldaten. Don Filipo keerde hun den rug toe. De guardia's gingen heen.
De pastoor, de coadjutor, de alférez, de burgemeester en nog eenige capitan's met de vice-burgemeester of teniënte mayor gingen aan een tafel zitten, waaraan Ibarra de eereplaats innam. De moeders stonden niet toe dat er een enkele man aan de tafel der jonge meisjes aanzat.
De burgemeester is zeer onder den indruk: zijn leunstoel, de groote onder het portret van zijne Majesteit, is ledig, en schijnt voor een ander bestemd. Bij negenen komt de pastoor bleek en met gefronste wenkbrauwen binnen. "Nou, u heeft ook op u laten wachten!" zegt de alférez tot hem.
"Ontken 't niet! Waarom wilden jullie ons overvallen?" "U vergist u: u heeft onzen vader doodgeranseld, wij wilden hem wreken, anders niet. Zoek mijn twee kameraden maar." De alférez keek verbaasd naar den onderofficier. "Ze zijn daarginds in een ravijn, daar hebben wij ze ingesmeten, daar liggen ze te rotten. Nu mag u mij dooden: u zal niets meer van me te hooren krijgen."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek