Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 14 juni 2025


Een paar heeren keken om naar Ernest, die korrekt groette. Hee! Verlat! 't Klonk in een lach op uit een hoek, niet verre van den toog waar, boven hare ontzaglijke schouders en de pronkstellage van haren boezem, het nauwe hoofdje van mevrouw Morganès troonde. Jujube, in zijn scharlaken livrei, gleed vooraan.

Ernest Verlat blijft nog een poos bij de deur staan, steunend tegen de deur. Het gaat hem zoo vreemd in het hoofd. Het dreunt en klopt er zoo pijnlijk. Het zindert er alsof daar iets barsten zou van binnen. Is dat moeder, dat witte ding, die lichte doorzichtige witheid op die massale stede van floers en van bloemen, die wonderlijke witheid in zwaren eik besloten?

Gelijk toen wilde hij nu een uitzicht geven van zijne droefheid. Hij vroeg: Is dat erg, een vloed? Pastoor Doening deed een dubbelzinnig gebaar. Ernest Verlat hoorde wel aan den klank van zijne stem, dat zijne woorden onvast waren en zijne bezorgdheid tamelijk nuchter. Hij wilde dan die nuchterheid gebruiken met ze te overdrijven en gaf haar den schijn van verbijstering.

Pastoor Doening wilde uitleggen dat mevrouw Verlat, op het oogenblik genoeg beproefd om voor de smading van onbetamelijke toespelingen te mogen verschoond blijven, zich eindelijk zelve tot een vader richtte, die herhaalde pogingen tot toenadering van de hand gewezen had, en dat zij, wegens hare smart en hare kinderlijke liefde, hoopte dat zij slagen mocht.

Sörge sprak hem seffens aan in die kortklappende taal, die hij placht met hem te gebruiken. Hij sprak rap, met eenklanken, zonder van den spiegel op te zien. Hoe was Verlat? Onzeker, dierf niet, las tweemaal uw briefje .... maar Nu? Hij zal komen. Sörge keek om, blikte Takker scherp in de oogen. Denkt gij dat zoo? Neen, ik heb gewacht tot hij zei: ik kom. Hij zei eindelijk heel vast: ik kom.

Sörge en Verlat groetten, ontdeden zich van hoed en mantel, en, al zich neerzettend, trokken langzaam hunne handschoenen uit. Ze bestelden dadelijk hun eetmaal, hetgeen niet zoo gauw afliep, want Sörge was zeer moeilijk gestemd en wilde de keuze van zijn spijzen met uiterste gezochtheid regelen. Ze dronken een lichten wijn. Docht u niet, vroeg Rupert, dat de stad er zoo feestzinnig uitzag?

Ge zult eens zien, zei hij, wat Rupert van Fran zal maken! Hij zei dat met een trots, die me dikwijls blij maakte over wat ik me toen van Fran's geluk kon voorstellen. Ondertusschen merkte ik dat hij soms ziek scheen, koortsig was en dan, telkens, zinnelijk opgehitst .... Fran kwam van haar reis terug .... arme Fran! Pastoor Doening hief zijn hoofd op, staarde mevrouw Verlat lang in de oogen.

Hij wilde niet dat Francine in Brussel terugkeerde, eer ze onherroepelijk zijn eigendom was geworden, en hij dierf ze niet aan den invloed die eene mevrouw Verlat of een pastoor Doening niet anders dan uitoefenen zoude, onderwerpen, of ze moest uit het schadelijk bereik van dien invloed en gansch in hem, haren meester, zijn vergroeid.

Mijnheer du Bessy maakte van de gelegenheid gebruik, daagde langs een nieuw spel van buigzame volzinnen op met een versch onderwerp, dat hem sinds een paar minuten op het hart lag. De bloemtuil van juffrouw Francine kleurde zacht en sierlijk in eene zwaar kristallen vaas, tusschen drie rilde kandelaars van zilver. Mevrouw Verlat lag te bed.

Bezorg dit eveneens, zei Sörge, met een kaartje van mij, aan het adres van mevrouw Verlat. Hebt ge wat gedaan vandaag? Is Dissel bij Pezza geweest? Goed. Dank je. Geef me mijn thee en laat Geizan binnen. Takker had aldoor ja geknikt. Hij schikte den mantel op zijn arm en de doos op zijn anderen, en slierde geluideloos over het tapijt de deur uit. Rupert bleef vóor het krijschende vuur staan.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek