Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 14 juli 2025
Mevrouw Verlat bleef lang te bed en, tot over den middag, in hare kamer. Zij kwam beneden als men haar pastoor Doening aanmeldde. Zwijgend drukte zij hem de hand en ging zitten, op hare eigenste plaats, onder de marmeren kap der schouw. Pastoor Doening merkte dadelijk hare groote neerslachtigheid en hij bleef vóor haar rechtstaan en toekijken en schuddebollen.
Hij liet Ernest niet los. Bij het voorportaal stonden twee groote vrouwen in een zwart zijden kapelienmantel waaronder een rood mombakkes loerde. Toen Peter buiten was, gingen ze de trap op. Maar, stamelde Verlat, wat wilt ge? Ge jaagt mij den dood op het lijf. Wat is er gebeurd?
Dit was ook het gevoelen van mijnheer Johan Doxa, die niet ophield het langs alle kanten te bewonderen. Hij zelf had, als eigen gift, de miniatuurreeks volledigd met de afbeelding van mevrouw Verlat. Het werk was uitzonderlijk gelukt, en hij had het in een eigenhandig uitgesneden medaljon van geel ivoor ingelijkst.
Het begon vreeselijk op een wedstrijd te lijken. Al die mannen voelden dat ze in het perk gingen treden onder de oogen en het oordeel van die éene vrouw, welke, tegelijk, den prijs zoude verleenen en de prijs zoude zijn. Ernest Verlat was niet het minst in de war.
Juffrouw Francine sprong, in éen wip, de portière uit en Simon Peter voorbij. Ze viel in mijnheer du Bessy's armen en lachte, terwijl ze zeer ondeugend zijn mooie snor in de war bracht. Lieve, lieve dikkerd! Toen merkte ze Simon, die mevrouw Verlat uit het rijtuig hielp, en ze bloosde meteen. De oude Ko en Mariëtte waren ook van de reis. Ze droegen de pakjes en de kleine koffers.
Gij behoefdet nu maar te wachten .... Onderwijl wordt gij den vriend van mijnheer Verlat. Gij, die niemands vriend wilt zijn, waarom zijt gij zijn vriend geworden? Ik vrees hem .... om uwentwil. Ik heb liever een vijand aan mijn zijde, dan een op een boogscheut van mij af, en verborgen. Voor mij hoeft gij niet bang te zijn.
Ze hoestte. Ze zei: Daar is mevrouw Verlat.... en ze is zoo ze is zoo.... Mevrouw Verlat stond op den drempel. Peter ging snel naar haar toe. De kamer werd stil en angstig, en, uit het schemerdonker, trad Vere vooruit, onzeker en wankend. Ze stond nu in het rozige lamplicht. Ze had een wijden mantel om, maar die hing open en slordig.
Ernest Verlat sprak niet veel met hem. Hij zat gewoonlijk in het zonnig voorkamertje, waar er een breede Vlaamsche schouw was, geheel met tinnen potten en aarden teelen bezet. Hij zat onder het violette schouwkleed, sprak met Veronika die, bij het vensterlicht juist tegen de getafelde venstergordijntjes, borduurde ....
Hij zag de hooge kleur niet die, boven de witte hemdborsten en de krakende dasjes, de schedels omglansde met een geilen gloed. Hij voelde zijn eigen niet zitten, at niet, dacht niet.... Hij keek naar Milly. Ze zat naast mijnheer Dubois, lachte gul met hem, wendde zich nadien om en boog vóor het gelukkig Joodje. Geen enkelen blik wierp ze op Verlat.
Het hoofd van pastoor Doening deed een ontkennend teeken, een vaag teeken van grijze haren boven den geweldigen rug van steen. Verlat viel wederom lager tusschen de armleuningen van den zetel, in voortdurend ongemak. Mijnheer du Bessy kwam binnen op dat oogenblik en zette zich zwijgend neer.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek