United States or Serbia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Francine was ook van dezelfde meening; maar ze begreep niet recht goed wat de pastoor bedoelde met dat "iets heel bijzonders." Misschien begreep ze 't te goed, want zij dierf niet aandringen en liet aan het toeval over den tijd te schikken en hare woorden te regelen. Pastoor Doening was tevreden dat hij haar geestje aandachtig had gemaakt. Ze werden seffens binnen de gevangenis toegelaten.

Hij schrok op. Ze had zeer raak de zwakheid getaakt, die hij zichzelf niet bekennen dierf. Las ze in zijn ziel, spijts alle leugens, of loog zij behendiger dan hij? Want, sprak ze verder, neerblikkend op het korenkorreltje dat over zijn hand gesprongen was en nu in twee haren van de vloervacht hing, want, Ernest, wat van Sörge in mij overblijft, behoort mij niet en kan u nooit toebehooren.

Stel duidelijker vragen, Vere, want, waarlijk, ik versta u niet goed. Ge hebt u in mij gekrenkt. Hebt ge dat op geen enkel oogenblik gevoeld? Zeker niet. Als ik dat deed, was het geheel buiten mijn weten en vooral buiten mijne bedoeling. Hij wachtte. Nu, dat men hem de ophelderingen vroeg, waartoe hij zoo dikwijls de aanleidende gelegenheid had gezocht, dierf hij ze niet dan gedwongen geven.

Telkens als hij bij haar was, voelde zij zich op veiliger plaatse. Zij dierf eindelijk rechtstreeks van hare onrust gewagen en liet soms zonder omwegen verstaan dat zij, wegens Ernest, in groote benauwdheid verkeerde. Ze had vele zorgen inderdaad.

Sörge sprak hem seffens aan in die kortklappende taal, die hij placht met hem te gebruiken. Hij sprak rap, met eenklanken, zonder van den spiegel op te zien. Hoe was Verlat? Onzeker, dierf niet, las tweemaal uw briefje .... maar Nu? Hij zal komen. Sörge keek om, blikte Takker scherp in de oogen. Denkt gij dat zoo? Neen, ik heb gewacht tot hij zei: ik kom. Hij zei eindelijk heel vast: ik kom.

Maar dan zei ze van nog te wachten, dat ze nu nog niet dierf heengaan om de feest niet te storen; en dan kwam er weeral versch eten, werden er nieuwe liederen gezongen en de glazen nog eens gevuld. Zoo bleven ze zitten. Op een ton, met een pot bier aan zijn voeten, zat een scheele vent maar aanhoudend en onverschillig harmonika te spelen.

Hij voelde dat het hem iedermaal mislukte, dat het eerste woord van Sörge op hem afkwam als een rake aanval, die gansch de stelling van zijn kunstmatig uitzicht overrompelde, en dat hij alsdan weerloos of verslagen stond. Hij dierf zijn eigen niet bekennen dat Sörge hem te sterk was.

Dag, Simon! klonk lager de heesche stem van Doening. Simon lachte gul, zenuwachtig, schudde rap zijn kop om in zijne keel iets los te krijgen, dat hem hinderlijk was en zijn stem smoorde. Hij drukte de kleine hand van Doening en het heel kleine handje van Francine. Die vier handen beefden daar. Ik dierf, stamelde Simon, het niet hopen dat ik u zien zou ....

Romaan nam nadien Goedele bij de hand en stelde haar vóor aan zijnen vriend. Ze dierf in den beginne niet opzien. Ze voelde iets ongemeens in 't geluchte, alsof deze man geen vreemde zijn zou en haar met een bevrienden lach bejegende. Dees is haast mijn broeder, zei Romaan, zijn plaats in mijne liefde is nevens u.

Zoo zag ze het leed bliksemen in zijn oogen dat ze werktuigelijk opsprong en heesch fluisterde, naar hem gaande: Simon! .... Hij sloot een wijl zijne oogen. Men houdt mij aan, sprak hij, ik ben verraden. Hij kwam iedereen de hand drukken. Zijn hals was lang, zijn voorhoofd ontzaglijk geworden. Hij kuste de vingeren van Vere, dierf nauwelijks die van Francine met zijne lippen raken.