Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 14 oktober 2025
Ik weet niet, en niemand heeft eigenlijk ooit geweten, wat aan Jules' hart sinds dat oogenblik geknaagd heeft. Na zeven maanden onberispelijk gedrag werd hij uit de gevangenis ontslagen en kwam op een avond in 't dorpje terug. In het triestig klein huisje met de grijze muren en de dofgroene luikjes vond hij zijn jonge vrouw met een klein kindje, dat in zijn afwezigheid geboren was.
Zij was hartelijk en prettig-vertrouwelijk als altijd, maar hij zocht tevergeefs naar een praatje in zijn dof-verwarde hoofd. Hij was stil, een saaie partner, bijna triestig. Betsy vroeg of hij hoofdpijn had. Ja, een beetje, loog hij. Daarna walste hij met Lize Schot. Dat deed hem weer wat opleven; 't was 't genot van den dans, 't lekkere walswiegen.
Och, Snepvangers, ik weet het niet meer... de hond was mij een troost... en dan zijn de soldaten voorbij getrokken... en dan zijn de stadswerklieden gekomen met wagens en ladders om de vlaggen af te doen... of die kwamen eerst... ik weet het niet meer... Het feest was uit, Miranda... Dan heb ik een dag en een nacht geslapen.... Ik was zoo triestig dat ik met spijt wakker werd...
En eensklaps rees een wazige maan boven de hooge daken en haar triestig, weifelachtig schijnsel viel op de groote, leege markt en op de huizen en gebouwen in het ronde. Nu zagen zij eerst goed hoe hun oude, mooie stad onder het bombardement geleden had.
Het werd donkerder. Het was een wel hopeloos schemeruurtje; de oogen gericht op het roode licht van het plafond. Het waren in-krachtlooze oogenblikken, zooals ieder ze heeft, oogenblikken, waarin de afmatting van kamerleven zich triestig concentreert. Er werd gebeld. Bij zessen. Dat zou de post wel weer zijn. Dinsdag. Ik wist precies wat er in de bus lag. Dinsdag kwam dát krantje. Anders niets.
"Wel te ruste", had-ie benepen-hijgend gezegd. "Dag jònge slaap lekker," had ze geantwoord, de handen, vredig-van-wrijf in den schoot. Toen had-ie de deur achter zich gesloten, even op de binnenplaats staan zinnen, vinnig, triestig en mal. De terging, de vervloekenis, dat 'n blinde niet te vrèten had! Den knop hield-ie in de hand, alsof-ie iets beestigs beging met zóó heen te gaan.
De Jan's draven heen en weer met cognac en bitter, likeurtjes en advocaat. Ze zijn warm, lekker-warm-ingepakt, warm van de beweging, de dames en heeren. Het begint te duisteren. De brug bij de Sarphatistraat steunt statig op de kolommen, die lijken te rusten op de ijs-stevigheid van 't water. De lucht is betrokken, zwaar van sneeuw, grauw, triestig.
Goedele zag hem triestig worden en zijne lippen herdoen en schrik krijgen middelerwijl. Mishandt er iets? vroeg ze. Wel neen, wel neen, zoo precies.... Hij sprak dan verlegen en verwonderde zich: Ge kijkt ook hiernaar?... Hoe mirakelachtig dat is! Hij mooschte en prutste en draaide nog eens het spel in gang. Goedele keek naar hem en voelde groote deernisse.
De naakte twijgen van de oude linden op de dorpsplaats weenden stille, groote misttranen, die in kleine plasjes triestig neersijpelden op den kleverigen grond. Er hing een onuitsprekelijke droefheid in de gansche atmosfeer.
De tafelorde was verbroken; Go snoepte klontjes suiker, en wierp er ook den hond van in den geopenden bek; Lou en Coba liepen arm in arm den kant naar Endegeest op, vanwaar 'n geheimzinnig, triestig gezang opklonk; de anderen stonden en hingen over de stoelen te overleggen, wat nu. "Ik ga dadelijk terug," zei Lize. "Je hadt gezegd, dat 't maar 'n uurtje duren zou en 't is kwart voor twee."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek