Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 5 juni 2025
Ik had ongeveer de helft van den terugtocht afgelegd, toen het mij voorkwam, dat ik in de nabijheid een geluid hoorde als van iemand, die angstig steunde. Ik zag rond en ontdekte, in een laagte tusschen de duinen, een voorwerp, dat mij, voor zooveel de struiken mij toelieten te zien, een menschelijk lichaam toescheen.
Er kwam een vedelaar binnen met een muziekboek. Hij ging op de hooge kruk zitten en deed zijn best voor een heel orkest, en steunde om er maagpijn van te krijgen. Mevrouw Fezziwig kwam binnen, één aangekleede glimlach. De drie juffers Fezziwig kwamen binnen, stralend en beminnelijk. Binnen kwamen de zes jonge cavaliers wier harten zij gebroken hadden. Binnen kwamen al de jongelingen en jongedochters die in de zaak geëmployeerd werden. Binnen kwam de meid met haar neef, den bakker. Binnen kwam de keukenmeid met haars broeders intiemen vriend, den melkman. Binnen kwam de jongen van den overkant, dien men verdacht van niet genoeg te eten te krijgen van zijn meester, en die trachtte zich te verstoppen achter het meisje van daarnaast, van wie men wist dat haar meesteres haar aan 'r ooren getrokken had. Binnen kwamen ze allemaal, de een na den ander; enkelen bedeesd, anderen zonder schroom, enkelen gracieus, anderen geen weg wetend met hun figuur, sommigen drukkend, anderen weer trekkend, maar allen kwamen ze binnen, hoe dan ook en vanwaar dan ook. En daar gingen ze er allen op los, twintig paren tegelijk, de eerste twee paren handen kruisend; tóén de dames van het tweede viertal handen kruisend met de heeren van het tweede viertal en hetzelfde met de heeren van het eerste viertal en de dames van het tweede; naar elkaar toe en weder terug, rond in verschillende houdingen van verliefdheid, het oude eerste paar dat bovenaan stond steeds op de verkeerde plaats in de dansfiguur uitkomend, het paar dat nu bovenaan stond weder wegdansend zoodra ze bovenaan w
Toen de pater ongeveer een uur gesproken had, maakte hij met de hand een teeken, dat hij een oogenblik wilde rusten. En hij daalde neer van den bronrand, ging zitten en steunde zijn gelaat met beide handen. Terwijl de monnik zoo zat, hoorde Gaetano een dof geruisch. Dat had hij vroeger nooit gehoord. Hij keek om zich heen om te zien wat het was. En het was het geheele volk, dat tegelijk sprak.
Zoodra hij maar verscheen, dacht zij, was het gevaar reeds half voorbij. Ook Didymus was blijde hem te zien, en leidde hem het kleine vertrek binnen, waar de jongeling op een divan lag. Hij steunde en jammerde nog steeds. De tranen liepen hem over de wangen, en zoodra een lid van het gezin hem naderde, stootte hij hem weenend van zich af.
De hoest wou maar niet verdwijnen en moe's wangen bleven bleek. En d'r handen waren nog zoo dun en wit. Maar eindelijk mocht ze toch weer in den stoel voor het raam zitten. Dat was een feest voor de kinderen. Jo droeg een leuningstoel aan en Nel legde er een paar kussens in. »Want moe moet gemakkelijk zitten«, dacht ze. En toen keken de beide kinderen stil als muisjes toe, hoe pa moe steunde.
Een edel doelwit; doch op den weg daarheen worden de voeten ten bloede toe opengereten en het hart, ach Charmion, dat arme, zwakke, ontgoochelde hart!" Zij zuchtte diep, en liet het hooft rusten op haar arm, die op een naast haar staande tafel steunde.
Ze steunde tegen 't klavier en de losse pateelkens van de keershouders rinkelden bij haar minste gebaar. Ze was bleek als een doek, en hare lippen werden blauw en droog. Een onzeglijke haat vuurde in haar oogen. Ze reutelde: Ge liegt! Hare tonge lag precies vaste achter hare tanden.
Hij steunde het hoofd in de rechterhand en zag naar zijn roode ingezonken oogen, de blauw getinte wallen daaronder en de schier zwarte lijnen van de scherpe trekken langs zijn neus. „Ja! Willem heeft gelijk,” mompelde hij: „ik heb geen grime noodig.”
Zij verhaalde aan Siegfried-Goenther, waarom Wodan haar op den berg in slaap had gebracht, en toen zij dit verhaald had, zeide de held tot haar: "Menige heldendaad hebt gij volbracht. Denk nu aan uw belofte, dat gij zoudt medegaan met den held, die door het vuur zou rijden." Hij stond recht-op en hij steunde op de greep van zijn zwaard.
Bovendien bestond er nooit iemand, minder zwaartillend dan hij: en bij het bejagen zijner inzichten steunde hij altijd op het medewerken der omstandigheden, welke hij, alsnog in de jaren der hoop zijnde, zich niet slechts gunstig afschilderde, maar ook doorgaans met een behendigheid, den grootsten staatkundige waardig, te zijnen voordeele wist aan te grijpen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek