Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 19 juli 2025
Tot een teeken van rouwe, scheeren mannen en vrouwen zig het hoofd, en omwinden het met een blaauwen doek, dien zy het geheele jaar dragen.
Door het gebeurde was zijn huwelijk met Clara een tijdlang uitgesteld, daar zij verklaarde niet gelukkig te willen worden, zoolang ik in rouwe was. Wij kwamen te Parijs aan; doch ik bleef zoo verstrooid en mij zoo ellendig gevoelen, dat ik zag, noch hoorde en alle pogingen, die mijn reisgenoot in het werk stelde om mij af te leiden, vruchteloos waren.
Si en wilt haer niet te mi waert keren, Dies lijdt mijn herte rouwe groot. Van Deenmerken Lanseloet, Ic hebbe u herde wel horen vriën.
En zij was, met Gwinebants liefde in heur harte, vol zorg Gawein, den wigant, geen rouwe te doen en zij zeide, toen Gawein nog eens vroeg: Ysabele, mijne zoete Ysabele, hebt gij mij lief? Ik heb u harde lief, mijn oom Gawein en wen ik Koning Clarioen van Noordhumberland trouwe, zal ik u mijn ridder wel kiezen, zoo als Guenever Lancelot koos.... Toen aarzelde wel Gawein.
Het zijn: Marmelstein, Bruynsteen, Granaat, Saphier en Diamant. De drie laatstgenoemde namen zijn, naar myne meening, oorspronkelik bynamen geweest van kooplieden die met zulke edelgesteenten handel dreven. Intusschen, »De rouwe Diamant" komt ook als huisnaam voor te Amsterdam, en kan aan den geslachtsnaam Diamant ten grondslag liggen.
En toen zeide hij: Voorwaar, mijn lieve Lancelot, deze knape, die bloeit anders een roze gelijk, boven alle zijne gezellen van Tafel-Ronde, kwijnt den lesten tijd, als een gebrokene lelie.... Bij mijne trouwe, niet moeilijk is het te raden wat hem scheelt. Hij drijft rouwe, onze lieve Gwinebant, om liefdes wille, wees des ghewes! Gwinebant, is dat niet zoo?
Maniert u selven in uwen rouwe Haddes u te voren bedacht; Dit heb di al selve toebracht; Gi ne dorvet niemand anders tien Dan u selven wildy's lien! Men vindt, in de meeste Franse geschiedboeken, Johanna van Navarra geheel anders dan kwaadaardig afgeschetst.
Wie zijt gij, schoone jonkvrouwe, en hoe komt gij in zoo groote rouwe? vroeg Gawein, terwijl hij de jonkvrouw oprichtte en nauwelijks merkte dat ter zijde, de roode ridder kermende te sterven lag. Mijn vader was ridder en goedman en wel geboren van den lande! riep de jonkvrouw. Maar hij is onder gegaan van goede en ligt nu in zware armoede!
Een grijsaard die het zag Uit een der naaste dorpen, Beef, sprak hij, o vrouwe, Wellicht lijdt ge eens gebrek, Dat nooit dit stuk u rouwe, Zwijg, sprak ze, grijze gek. Ze lachte en greep haar ring En wierp met luid geschater, Terwijl ze henenging, Hem weg in 't woelig water. Kijk, riep ze, dwaze kerel, Eer geeft de zee weerom, Deez' schoone ring en parel Eer ik tot armoe kom.
Toen echter zijn onverwachte en te vroege dood hem wech nam van een volk dat hem vereerde en liefhad; en dat diep en ongekunsteld rouwe droeg by de mare van zijn spoedigen dood toen werd op het Loo weder eene oude herinnering als opgewekt met den naam van Willem den Derde. Met dezen Vorst is ook werkelijk weder een nieuw tijdperk van bloei voor het Loo aangevangen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek