Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 8 juni 2025
Henric, een heethoofdig en onberaden jongeling, had eene vurige genegenheid opgevat voor Agnes van IJsselsteyn, zeer tegen den zin zijns vaders, omdat het huwelijksgoed der Jonkvrouwe van zoo weinig beteekenis was: hare bezittingen bestonden slechts in twee hoeven, de eene boven aan Blocland, de andere in Benscoep.
Maar hoort mij verder aan, o ridderen: geheimenis is niet meer van noode; neen, ik ben geen knape maar eene rampzalige jonkvrouwe: ik ben Alliene en Gawein beschermde mij toen Mordret en Didoneel mij ontschaakten uit den burcht mijns vaders! Uitroepen van verrassingen en van verontwaardiging ontsnapten Koning Arturs ridders.
"Er zijn twee uitnoodigingen gekomen voor Uwe Doorl.: de eene, om de plechtige hulde van den Hofbeer te komen bijwonen; de andere, om den ondertrouw van Jonkheer Jacob Mom met Jonkvrouwe Ulrica Van Reede tot Sonheuvel met uw tegenwoordigheid te vereeren. De Heer Baron zal zijn verzoek in persoon bij Uwe Doorl. komen herhalen, en de Ambtman verzocht ook, zijn opwachting te mogen maken."
"Wie? wat? wat is dat?" riepen al de aanwezigen als uit éénen mond, en zagen naar de deur, waarin een grijsaard stond, door Bouke binnengeleid. "Ik Godard van Reede van Sonheuvel," hernam de onbekende, "heb mijn toestemming niet gegeven tot het huwelijk van Jonkheer Jacob Mom met Jonkvrouwe Ulrica van Reede tot Sonheuvel, mijn kleindochter."
En toen zeide Gwinebant tot Ysabele, in den droom: O schoone jonkvrouwe, ik heb u lief, want gij zijt de roze, die over alle andere bloemen vol van deugd bloeit in schoonheden.
"Wie de edele jonkvrouwe van Toboso tot gebiederes heeft, mag andere schoonheden en lieftalligheden niet zoo roemen." Gedurende dit gesprek had Sancho Panza zich eindelijk losgewrongen en trad haastig toe.
Evenwel wist hij zich ook daarover te troosten, daar hij het plan opvatte, hen tot een handelsartikel te maken en er zoovelen van te verkoopen, als hij maar goedschiks slijten kon. Intusschen kwam het gezelschap weder op de vlakte aan den voet van het gebergte, waar de pastoor en de begeleiders van jonkvrouwe Dorothea het opwachtten.
De roode en de zwarte scheidden zich; zij lieten de jonkvrouwe, die hare gebonden handen zelfs ten hemel niet kon strekken, alleen te paard op den weg staan; de roode reed op Gawein toe, de zwarte ontweek diens speerstoot en draafde de vlakte over, ter achterzijde Gaweins, maar vóór hij Gawein van daar had kunnen bestoken, stiet Gawein den roode ter zij van zijn schild bliksemsnel door wapenrusting en maliëncotte in de ribben onder het hart, zoodat Gaweins speer brak en met het trensoen bleef steken in 's rooden ridders lijf.
Daarom wilden zij ook wel geloof hechten aan de woorden van deze, als Gaweins schildknecht, vermomde jonkvrouw en toen zij eindelijk weêr op zouden zitten, zeide Bohort: Jonkvrouwe Alliene, of Amadijs, als gij u heet, zes onzer zullen zekerlijk tijgen naar Amoreuse-Garde, den boozen burcht, waarvan gij spreekt en waar belaagde, damoselen gevangen worden gehouden door keytivige ridderen, gezellen van Didoneel en Mordret en die zes zullen de jonkvrouwen wel verlossen, weet dat wel, maar één onzer zal u begeleiden tot Camelot, opdat gij den Koning Artur konde doet.
Affaytadies wangen kleurden langsaam tot een scheemrend rood. »Luister, Jonkvrouwe! en blijf rustig," sprak hy met een kouden lach: »Zoudt ge huivren om een landschap dat ik in mijn droomen zag?" Zwijgend zag ze voor zich neder. Fluistrend boog hy tot haar heen: »'k Zag een jeugdig tweetal zitten op dien graauw bemoschten steen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek