Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 17 oktober 2025


Dit laatste stemt Janssen volmondig toe; terzelfder tijd dat mevrouw Van Middelnesse aan hare nicht verzekert: Ja wel, dat de koning er precies zoo uitziet, precies als op de guldens en rijksdaalders.

Mijn oom betaalde zonder afdingen. Als iemand, die naar het middelpunt der aarde vertrok, zag hij niet op eenige rijksdaalders. Toen dit punt afgehandeld was, gaf Hans het sein tot het vertrek, en eenige oogenblikken later hadden wij Stapi verlaten. Het vertrek van Stapi. Grondgesteldheid. Moeielijkheid van den tocht. De hellingen van den Sneffels. De "mistoer."

Zuchtend besloot de pandjesbaas zich deze opoffering te getroosten en haalde uit zijn vest een zeemlederen zakje te voorschijn, waaruit hij zes rijksdaalders en vijf guldens nam en die aan de weduwe overreikte met de woorden: "Daar dan, maar wees er in Gods naam zuinig mee."

De molenaar woû wel graâg het vijfde ook weten maar boerke zei: »eerst moeten wij deze vier dingen rustig opeten, want het vijfde is iets heel ergsZij aten dus, en terwijl werd er gehandeld, hoe veel de molenaar voor de vijfde waarzegging zou geven; voor driehonderd rijksdaalders werden zij het eens.

Hunne geheele huid is lichtgeel gekleurd, met wat vermiljoen onder de wenkbrauwen en op de oogleden en twee ronde plekke van dezelfde kleur, zoo groot als rijksdaalders, op de beide wangen. Zij deden mij aan de clowns in onze paardenspellen denken. De type van deze wilden is karakteristiek genoeg. Hun gelaat is eenigszins plat, met vooruitstekende wangbeenderen en groote donkere oogen.

Neen, zou die zeggen: Ieder voor zich. Dan zou die ander hem bijvoorbeeld drie rijksdaalders onder den neus kunnen houwen. Was de persoon die rook, geresolveerd, dan zei ie: Akkoord! Was hij een schrok, dan zei ie: Voor zes rijksdaalders; en was hij een luie kerel dan zei ie neen, en ging op zijn eigen afbraak liggen.

Toen hij bij de brug komt, hoort hij iemand zóó wanhopig schreeuwen, dat hij wel opkijken moet. In dien tijd was de kleine Duitscher Faber organist in Bro. Hij was een mager klein kereltje, en niet veel waard. En de koster was Jan Larsson, een flinke boer maar arm, want de predikant van Broby had hem zijn vaderlijk erfdeel afhandig gemaakt, volle vijfhonderd rijksdaalders.

Kom over een jaar maar terug; als je dan je zoon nog kent, wil ik in 't geheel geen leergeld hebben, en ken je hem niet, dan kun je mij tweehonderd rijksdaalders gevenDe vader gaat weer naar huis, en de zoon leert goed heksen en gauwdieven. Als het jaar om is, loopt de vader te grienen, hoe hij het klaar moet spelen om zijn zoon te kennen.

't Zou hem niet verwonderen als hij, behalve onder de kussens van bruigom en bruid, nóg onder twee of drie andere kussens een paar rijksdaalders vond. De ouwe generaal was rijk, woest rijk, woest! "Nee juffrouw Sillemond, d'r zal vandaag geen orgel zijn; menheer Donerie is ziek. Als ie nog had kunnen komen dan was ie d'r al lang geweest, want 't is al tien minuten over den tijd.

Deze »weldaad" was weer van zulk een aard, dat de burgers er maar liever voor bedankten, daar dit de toestand niets zou verbeteren. Toen kwam de goeverneur-generaal Van Imhoff met een ander voorstel in plaats van dit. De belasting van 1714, die een rijksdaalder per legger bedroeg, zou worden verhoogd tot drie rijksdaalders.

Woord Van De Dag

slonsige

Anderen Op Zoek