Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 juni 2025
Wat den Grêgorjus van HARTMANN VON AUE betreft, merk ik nog op, dat de tijdsbepaling niet geheel vast schijnt te staan. Vgl. Reinaert, vs. 2006-'98: Hi rekende dat hi ware mijn oom ende began ene sibbe tellen; aldaer worden wi gesellen. Regtsoudheden, p. 298; Versl. en Meded. der Kon. Akad. afd. IV, 1305; Kerken Claghe, vs. 212; Moriaen, vs. 174-177; voorts Grimb.
Go vertelde de vermakelijke geschiedenis van Reinaert, telkens stukjes reciteerend, die zij of Lou of Coba voor responsie hadden gehad; en Else lag stil nu, speelde met de knoopen van de lange, blauwe cape, en keek, of ze zoo'n klein beetje ziek-zijn wel leuk vond.
Zulke stukken herinneren ons, dat er in de 14de eeuw eene bloeiende lyriek wordt aangetroffen. Met die lyriek zullen wij ons spoedig hebben bezig te houden. Eerst echter wacht ons een andere taak: na te gaan, wat er van den Reinaert geworden is onder den invloed van de sterke didactische neigingen der burgerijen.
In zijn werk heeft hij tal van nieuwe dierfabels gelascht: wolf en merrie, man en slang, paard en hert, ezel en hond, wolf en kraanvogel, zieke leeuw en Reinaert als arts; deze zijn ontleend deels aan den Esopet deels waarschijnlijk aan de Latijnsche fabelverzameling Romulus.
Door de voortzetting die meer dan 4000 verzen bedraagt, verkreeg Reinaert II, zooals men het 14de-eeuwsch gedicht gewoonlijk noemt, echter meer dan den dubbelen omvang van Reinaert I. Willen wij trachten Reinaert II te leeren kennen en te kenschetsen, dan zullen wij dat werk voortdurend naast Reinaert I moeten houden om de overeenkomst en het verschil tusschen beide te beter te zien .
Hij zei: "Als d'aarde oet ne mensch zij make, zij z'r iene make lak Marieke." Terwijl zij in den Reinaert woonde, vierde de wereld het feest van den langen zomer. De heete stond op de wereld geduwd, en 't sap kookte in de boomen. Maar op tijd kwamen zoete, malsche regens de aarde vettig houden, en de lucht bleef frisch en puur.
"Kon de koning geen minderen bode vinden dan u?" laat hij Reinaert tot den dom-trotschen afgezant Bruin zeggen; en later, als deze, bebloed en bek-af na de mishandeling op LAMFROIT'S erf, op den oever eener rivier ligt te hijgen: "hebt gij iets vergeten daarginds? ik zal gaarne een boodschap voor u meenemen; smaakte de honing? ik weet er nog meer voor u tegen denzelfden prijs."
Het mag waarschijnlijk heeten dat de, in een bericht der 10de eeuw en in den Reinaert vermelde, koning HERMENRYC de bekende Gotenkoning der heldensage is . Ook weten wij dat de abdij van Egmond reeds in de 11de of in het begin der 12de eeuw een exemplaar van het Walthari-lied heeft bezeten . Weliswaar was het slechts een Latijnsche vertaling waarin dat heldendicht tot ons is gekomen; doch juist dat Latijn zal het aantrekkelijk hebben gemaakt voor de geestelijken dier dagen en in allen gevalle mag men de aanwezigheid van dat dichtwerk beschouwen als een bewijs van belangstelling in de Oudgermaansche heldensage.
Doch zou een voordrager dan een eind hebben gemaakt aan zijne "lesse" midden in het verhaal der voltrekking van het vonnis aan Reinaert die tot de galg veroordeeld is?
In het nabericht van den Reinaert de Vos, uitgegeven door J.F. WILLEMS, pag. 384. Bij JOHANNES LEUNIS, Synopsis der drei Naturreiche, t. I, p. 81, wordt deze vogel dus opgegeven: Pandion Haliaetos. L. Flussadler. VICTOR DE RODE, Annales du Comité flamand de France, t.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek