Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 10 juli 2025
Eindelijk doopte Marieken den rooden blok Villa Yvonne, dat klonk romantisch en chic. Begin Maart was de woning klaar, en alleen in den tuin was de hovenier nog bezig met het planten van boomkens en struiken. Den vooravond van hun vertrek zaten zij boven, voor het raam van het salon, tusschen ingepakte meubelen.
»Je moet, ja! Je hebt het gezworen." Zij verbleekte. »Hier, hier op deze eigen plek heb je het gezworen, dat je mij helpen zoudt als ik het noodig had levenslang, al liepen onze wegen nóg zoo ver uiteen. Bij al wat ons lief en heilig was, heb je mij dat gezworen, Marieken! Is het niet?" Zonder te antwoorden, staarde zij strak op den grond. »En ons parool zou wezen: =Hildegarde=. Zou het niet?"
In de verte riep de koekoek. Vlak bij in het elzenhout kweelde de boerennachtegaal. Hoog in de bleekblauwe lucht kruisten tjilpend de zwaluwen. Marieken had haar borduurwerk ter zijde gelegd. Haar ééne handje rustte in haren schoot; haar andere hing over den kant van het schuitje, de vingertoppen gedoopt in het groene water.
Het parool is: =Hildegarde=!" Hij hief het hoofd op, streek zich boven de oogen, als iemand die tot bezinning komt, hapte naar adem, en stamelde toonloos: »Hildegarde, zeg je?... Ja Marieken, 't is waar!... ik kom!" En hij liet zich door haar wegleiden als een kind. »Ah ça, mon beau villageois! Voil
Alleen Marieken had vlagen van droefgeestigheid, wanneer zij dacht aan getrouwde vriendinnen. Dan was zij onhandelbaar, had scherpe woorden. Mijnheer zorgde dan dat het hondje niet onder de voeten liep. Madame peinsde, terwijl zij de dampende potten in de keuken bestaarde, aan de kennissen die als schoonzoon welkom hadden kunnen zijn. Marieken ging naar de dertig.
Daar gaf hij de vrouwmenschen allen een paar klinkende kussen, bij Marieken kon hij er bijna niet uitscheiden, en hij liet haar niet los voordat ze beloofd had binnen kort voor enkele dagen weer te komen. En ze vertrokken, verhit en luidruchtig, in hun schoon kostuum naar hun ver dorp, om morgen bij zonsopkomst alweer met slechte kleeren in het mest en het groeiende veld te staan labeuren ...
Met de jaren kwam geen verandering. Een rustige glimlach van vergenoegen krulde zijn lippen, want zijn dagen brachten geen ergernissen. Marieken had hem zes kleinkinderen geschonken, eerst een jongen, dan een tweeling, een meisje en een jongen, daarna nog drie jongens. De baker was bestending op de Torfburg. Een door den hemel gezegend huishouden, meende de onderpastoor van Onze-Lieve-Vrouwe!
»Marieken!" riep Justus, terwijl hij haar áán zich drukte zooals hij nog nooit tevoren gedaan had: »Kind! waarom schrei je nu zoo?" »Omdat ik", kreet zij, »omdat ik hier zoo verlaten zal zitten, als je heengaat!" »Marieken, mijn lief zusje nu dan, ik ga niet weg! wij scheiden niet! Wat maal ik ook om je vader, zoolang jij er nog bent! Ik blijf, hoor! en we zullen samen nog menig mooi vers lezen.
De schoenmakersvrouw had het spinnewiel terzijde gezet, zij had een schoonen boezelaar voorgedaan en haren zondagschen doek omgeslagen en zette een zondags-gezicht daarbij, lachte de kinderen toe en wischte klein Marieken den mond af, wanneer die zich met de pepernoten wat al te smerig gemaakt had.
Marieken stond weer achter den toog en een kindermeid voerde den kinderwagen straatjes om in de buurt. Snepvangers had een vischverlof en ging, zoolang het seizoen het duldde, mee uit visschen. Toen het najaar stillekens naar den winter liep, moest hij zich weer bepalen met 's morgens het waterspel van Sander na te kijken dat wel iets van zijn aantrekkelijkheid verloren had.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek