Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 mei 2025
De overste had zich van het venster afgewend en ging met groote schreden achter den ouden heer op en neder; de auditeur grauwde hem harde woorden toe; mijnheer de baljuw bleef bedaard, ging naar de tafel en haalde uit den mantelzak van den Franschman een zilveren lepel voor den dag, stak den auditeur dien toe en zeide: "Zie eens hier, dit wapen!
"Wel is 't mij bijzonder aangenaam, oe te zien," hervatte de waard. "Ai mij! de luiden zeiden al, je waart verzopen: jaô, een snee brood en een kan bier, daôr kan ik oe an helpen, en aan oe mantelzak ook, die leit nog boven achter 't slot, wel bewaôrd; ai mij! 't zou mij pijn doen, als iemand iets bij mij te kort kwam; maôr oe paôrd, man! dat is marsch!"
De Jood had intusschen plaats op de kar genomen: Joan volgde hem, over de geheimzinnige waarschuwing, welke hij ontvangen had, nadenkende: en op de bank gezeten, was zijn eerste werk om naar zijn pistolen om te zien; doch hij vond die, zooals hij ze gelaten had, aan weerszijden in zijn mantelzak gestoken.
Onverhinderd en onopgemerkt kon hij dus de beide pistolen uit den mantelzak halen en onderzoeken; waarop hij tot zijn verbazing ontdekte, dat men de kogels uit de loopen had gehaald.
"Molenaar Voss," zegt de zoon van den schout Besserdich uit Gulzow, "breng uwe paarden uit den weg! Wie maar eenigszins bij de hand is, maakt zich den mooien regen ten nutte, want de Fransozen hebben gezorgd, dat ze onder dak kwamen." De oude molenaar gaat echter bedaard verder en brengt den mantelzak op het slot.
Dit zeggende, nam hij een doek weg, en de mantelzak van den Franschman kwam te voorschijn. "Frederik Schult, de mantelzak en het geld behooren u toe!" Daar stond Frederik en zag mijnheer den baljuw en den mantelzak aan, en dan weêr den mantelzak en mijnheer den baljuw, en begon zich eindelijk heel hard achter de ooren te krabben. "Wel," vroeg de oude heer en legde hem de hand op den schouder.
De raadsheer sloeg nu zijdelings af, tusschen het struikgewas, en toen hij zoo'n klein, half verborgen pad langs ging, wie kwam daar aan? De oude molenaar Voss met zijn' mantelzak onder den arm. "Goeden morgen, raadsheer!" "Daar speelt de drommel meê!" zegt de raadsheer Herse. "Molenaar Voss, ziet gij 't niet? Ik wil immers niet bekend wezen." "Wel, dat begeer ik ook niet," zegt de molenaar.
"God zal me bewaren!" roept de oude molenaar uit. "'t Is een bijenzwerm, waarin ik mij neêrgezet heb! Maar dat helpt niet, den mantelzak moet ik den ouden heer op 't slot brengen.
Hier stond Hendrik, bezig om zijne beide bruintjes, die nog niet verkocht waren, te zadelen en op te toomen; en toen mijn oom hem in het roode buis, en met den krijgsman onder den neus, ter nauwernood herkende, kwam Frederik juist de poort in en gooide zijn' mantelzak in de kribbe, zoodat het rammelde en klonk.
Daarop bond hij het paard van den Franschman aan de ruif en nam er den zadel af, en toen hij er den mantelzak afnam, zeide hij: "Verduiveld was is die zwaar!" en legde hem in zijne haverkist, schudde het laatste voeder voor zijne paarden uit, en ging naar bed en sliep, alsof er niets bijzonders was voorgevallen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek