Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 mei 2025
Middelerwijl was het donker geworden en Frits Sahlmann komt de provisiekamer in, en zegt: "Nu, 't is eene mooie historie; mijnheer de baljuw loopt blootshoofds in 't stikdonker door den tuin, en redeneert in zich zelven; Frederik, van den molenaar Voss, staat nu al een uur lang voor de poort en schelt op de vervloekte patriotten en op den gauwdief Dumouriez, en de molenaar duwt den Fransoos zijne vuist tegen den mond, en vraagt waar zijne vier paarden en zijne zes ossen gebleven zijn, die de Fransozen hem afgenomen hebben, en de Fransoos zit daar en verroert of beweegt zich niet en zijne oogen rollen door zijn hoofd."
Zoo'n lummel, zoo'n kwast, die met zijn vaders geld in den zak kan gaan en trekken, waarheen hij wil, en den toestand niet begrijpt van een mensch, die een huisgezin moet onderhouden in deze slechte tijden; hij, wien de verdoemde schurken, de Fransozen, zijn vee niet hebben afgenomen en zijne paarden niet uit den stal gehaald en zijn huis niet geplunderd hebben, die wil zich op mij wreken?
De Fransozen hebben u veel meer afgenomen, dan dit is, en wilt ge niet, dat daarover gepraat wordt, ik, voor mijn part, kan zwijgen. Maar, wilt ge 't eerst aan den baljuw afleveren, en moet ge 't bezweren, dat er niets van verloren geraakt is, zeg dan maar, dat ik er mijn deel afgenomen heb."
"Mamselletje, de Fransozen zijn weg!" Toen liet zich wat hooren, en eene bedroefde stem werd vernomen: "Frits Sahlmann, ge zijt een befaamde leugenaar. Leid mij niet in verzoeking!" Middelerwijl riep nu ook de vrouw van den baljuw: "Westphalen, doe open! Ik ben het, uwe meesteres." "Ik kan mij niet voor u vertoonen," riep de stem, "'k ben eene zondares, eene erge zondares!"
Hij wenkte den brandspuitmeester Tröpner met de oogen toe, om toch niet te verraden, wat hij wist, en hij legde den vinger op zijn' mond, toen hij den jood Salomo voorbijging, tot een teeken dat hij moest zwijgen; en ter nauwernood was hij de poort uit, of de oude wever Stahl vertelde overal, dat de Fransozen den raadsheer hadden medegenomen, omdat zij een generaal van hem wilden maken; maar de anderen zouden wel opgehangen worden.
Mijnheer Droi zegt weder: "neen!" en zij zegt: "Dat is best! want het gaat hier naast menigmaal wonderlijk toe en dan hoort men: "trap! trap! trap! maar 't komt hier niet binnen; ik heb een hoefijzer op mijne deur laten spijkeren. Hoor nu toch eens! Hoor nu toch eens! Nu gaan de Fransozen hier naast ook naar bed. Hoor nu toch dat gesnater eens aan!
En let nu goed op ieder woord, wat ik je zeg: nu ga je, met dit gezicht, en met dien mooien schijn van kinderlijke onschuld, tusschen de Fransozen en de boeren door, naar het slot, in de keuken, en roept daar mamsel Westphalen alléén in den hoek en je zegt dan maar deze beide woorden: "Redding nadert!"
"Neen, ik betaal daarmeê eerlijk mijne schulden." "Eerlijk, vader? En al was 't ook alles zoo, als 't niet is, zal de oude baljuw niet vragen, met welk geld gij den jood betaald hebt, en zullen de Fransozen niet vragen, hoe gij aan dat paard komt, en wie staat er voor in, dat Frederik zwijgen zal?"
"Mevrouw Reuter!" riep hij. "Schrik niet! Mijnheer de baljuw! 't Is wat goeds! 't Is wat goeds, mevrouw Weber! Mamsel Westphalen, hoe is 't mogelijk! Onze burgemeester is de Fransozen ontloopen!" Och, goede hemel, wat gaf dat eene beweging!
De Fransozen hebben immers den mantelzak met het geld en het zilverwerk meêgenomen, niet waar?" "Ja, mijnheer, 'k heb gezien, dat zij 't wegdroegen." "Haast je dan wat.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek