Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 12 mei 2025
Dolf zocht en zocht, maar durfde zich bijna niet van den boom begeven, bang, dat de een of ander uit zijn schuilhoekje te voorschijn springen en naar de verlosplaats loopen zou, om het hem af te winnen. "Leni, jij staat achter het kippenhok, een, twee, drie, verlos," riep hij. "Nel, neen Door, dáár bij het priëel! kom maar voor den dag. Ik ken je aan je hoed."
En juist zou Dolf de kamer uitgaan, toen Nel hem lachend tegen hield. "Weer een brief van oom Karel," zei ze, "dien moet je eerst hooren, ik zal hem voorlezen. Jongens, een brief van vader, kom eens gauw," riep ze den tuin in. "Waar is Leni, die moet ook bij de voorlezing wezen." "Hoera, hier zijn we al," juichte het drietal. "Toe, Nel, begin nu gauw," zei Door. Nel las: "Mijn lieve kaboutertjes!
"Laten we dan maar liever de kleeren weer op 't ei leggen," stelde Bob voor, die in zijn verbeelding het doode kuikentje al zag. En juist zou Frits maar weer kip af zijn, toen vreeslijk gegil van beneden tot hen doordrong. Bob en Hans holden naar het raam aan den voorkant en zagen nog juist, dat Julia door Leni van de straat opgeraapt werd. "Hoe vreeselijk, Julia is uit het raam gevallen!"
"Acht," telde Door. "En Leni?" "Ja, dat weet ik niet." "Leni, Leni!" riep Door, met in de eene hand het mes en de andere het brood. "Natuurlijk, Leni is weer bij het kippenhok. Hoeveel?" riep Door, 't brood in de hoogte houdende. "Vier," riep Leni terug. "Vier, hoe is 't mogelijk," zei Door, "dat is dus twaalf." "Och," zei Nel, "waarom vraag je dat toch alles; dat doet ma nooit."
"Als ze op het dak komt, gaat ze vogeltjes vangen," zei Hans wanhopig. Weer riepen beide kinderen zoo hard ze konden, maar poes stoorde zich er in 't geheel niet aan en stapte kalm het raam uit. Bob en Hans vergaten heelemaal wat Leni gezegd had. Beiden liepen naar het raam om te kijken, waar poes gebleven was. "Zie je haar?" vroeg Bob aan Hans, die 't meest vooraan stond.
"St., niets vertellen," zei Nel, den vinger op den mond houdende. "Och, lieve tijd," zuchtte Door, "ik vind het toch zoo "onmogelijk" lastig, geheimen te bewaren." "'t Is zes uur, sta op," fluisterde Nel. "Wat zeg je?" vroeg Door slaperig. "'t Is zes uur. We zouden immers bloemen voor Leni plukken. Kom er uit." "Nu al?" "Ja zeker, anders komen we niet klaar." "Ik ben zoo "onmogelijk" slaperig."
Tot tweemaal toe ontglipte ze Dolf, die haar bij de mouw trachtte te grijpen, maar eindelijk moest ze 't wel opgeven en plofte in 't gras neer. "Ik kan niet meer, ik kan niet meer," zei ze. "Jullie hebt je stukje eerlijk verdiend, kies maar uit." "Er zit wat in mijn schoen," zei Hans met een ongelukkig gezicht. "Er zit ook wat in mijn schoen," zei Leni. "Nu nog mooier!" riep Dolf.
"Klontje," zei Toddy en klopte met zijn snavel tegen de kooi. "Dat kun je begrijpen," zei de juffrouw lachend. "Och toe, juffrouw, mogen we hem iets geven?" vroeg Leni. "Dan moet hij er eerst om bedelen."
Natuurlijk moest ieder even van de eau de cologne ruiken en daar Fritsjes zakdoek nergens te vinden was, kreeg hij een beetje op de punt van zijn schort. "Nu heb ik hier ook nog een paar oude kennisjes," zei vader, de portretten van de tweelingen en Julia gevende. "Och, paatje, hoe aardig," zei Leni verrukt. "Wanneer hebt u dat gedaan? Bob en Hans hebben me er niets van verteld."
"Nee, dank je, dan zijn jij en Leni al klaar, als ik mij nog aan moet kleeden." Maar toch verplaatste Door zich er een oogenblik in, hoe lekker het zou wezen nog eens eventjes er in te kruipen. Zoo'n vacantie was juist zoo heerlijk, vond ze, omdat je dan niet zoo "onmogelijk" vroeg op behoefde te staan. Half acht vond ze nu eenmaal "onmogelijk" vroeg.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek