Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 31 augustus 2025
Als je probeert het te zien, Basil, dan geef ik je mijn woord van eer, dat ik nooit meer een woord tegen je spreek zoolang ik leef. Ik meen het in vollen ernst. Ik geef je geen uitlegging, en ik verzoek je er ook niet naar te vragen. Maar denk er aan, dat wanneer je dit scherm aanraakt, alles tusschen ons uit is. Hallward stond als van den bliksem getroffen.
Op de geheele wereld is haars gelijke niet te vinden. Maar wie ben ik, dat ik u zou laken? God vergeve ons allen! Voortaan leef ik in de hoop dat ik haar daar, waarheen zij gegaan is, moge wedervinden." Beiden bewaarden daarop eenige oogenblikken het stilzwijgen. "Mijnheer Granger," hernam Geoffrey, "wees nooit bekommerd over geldzaken.
Ik heb zooveel liefs van ons eigen volk gezien; het is een voorsmaak van wat ik genieten zal, als ik er midden in leef. Zooveel mogelijk zoeken we aanraking met het volk en als we alleen uitgaan, dan brengen we steeds een bezoek aan een of meer kamponghuizen. In den beginne keken ze ons er wel wat vreemd op aan, maar nu zien ze er niets meer in.
Och ja! zoolang zij bij mij was, ging het mij nog goed en leefde ik niet in ellende en eenzaamheid zooals thans: en schoon wij het niet breed hadden, wij waren tevreden: alles was altijd netjes en knap om mij heen: Klaartje verdiende ook wat voor de huishouding: en als zij dan te huis was van den winkel, en over mij zat om een muts of hoed op te maken, en luisterde naar mijn verzen, kijk! dan was ik zoo gelukkig, dat ik het met geen Burgemeester zoude geruild hebben; maar nu is dat alles voorbij; ik leef alleen en verlaten en niemand bekommert zich over den armen Helding.
Met een drogen humor schrijft hij: "Ik behoef het mij niet moeilijk te maken, hoe ik de geboden streng kan opvolgen, immers hoe zou ik, nu ik in volmaakte afzondering leef, in verzoeking komen, die te breken?" Een geheel andere ervaring dan die van sommigen onder de Indische kluizenaars, die in de eenzaamheid een onuitputtelijken bron van verleiding zien!
Fantine verwachtte dagelijks de komst van mijnheer Madeleine, evenals men een straal van zon en blijdschap verwacht. Zij zeide tot de liefdezusters: Ik leef slechts, wanneer mijnheer de maire hier is. Dien dag had zij veel koorts. Zoodra zij mijnheer Madeleine zag, vroeg zij hem: "En Cosette?" "Spoedig," antwoordde hij glimlachend.
De geest der hel, die dit heeft voortgebracht, Doet vloek en klacht door leêge stilte stroomen: Gij, rijk der tranen, waar de dood slechts lacht, Baart angst en niet der schoonheid huivrend schromen: Leen ik mijn ziel aan u, en leef uw leven Ik ben ontzield: gij hebt mij stug en wreed Op mij terug, en dus tot haat gedreven. Mathilde!
"Ik geloof, dat de menschen alleen op de wereld willen zijn," zei de berin. "Al laat je hun vee en hun volk met rust, al leef je van boschbessen en mieren en groen, dan mag je nog niet in 't bosch blijven wonen. Ik zou wel eens willen weten, waarheen we moesten verhuizen om rust te hebben." "Hier in de groeve hebben we 't immers jaren lang best gehad," zei de beer.
Leef gelukkig, edel meisje! Smaak de vruchten van uw goede daad, en zoo gij hier beneden daarvoor niet vergolden wordt, dan zal God u in Zijn hoogen hemel ruimschoots vergelden, wat gij aan een zijner ongelukkige schepselen hebt gedaan.
Zij zegt: gelukkige ik, dat ik dit Leven zag, Dat ik dit Leven zie in al mijn oude droomen, De jonge gouden vreugd, die is tot bloei gekomen Onder mijn zil'vren stam ... Vermolme dien de Dood, Ik leef en bloei opnieuw in deze teed're loot. Lugano, 1907
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek