Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 oktober 2025
"Neen, bij de heilige Maria, broeder Brian! ge moet niet denken, dat ge thans in Palestina zijt, heerschende over heidensche Turken en ongeloovige Saraceenen; wij, eilanders, houden niet van slagen, behalve van die der heilige moederkerk, welke de kinderen kastijdt, die ze lief heeft.
Joa, 'k zei al lang, den Jozef bedriegt den boer, moar niemand kos 't gleuven. En 'en jong die j' as 'en keuje gefokt hebt; 't is 'en ding, 't is 'en ding! Ie hebt 'en adder oan oe boezem gekoesterd, en hie het oe lilk in oe eigen vleis gebêten." Janboer werd bleek zijn ongelukkig kind. "Moar," vervolgde Berend: "de Heere kastijdt dengenigen den ie lief het.
Het is mij, alsof ik Hiskia voor mij zie, en alsof ik hem dan na zal zeggen: »De levende de levende, die zal U loven, gelijk ik heden doe; de vader zal den kinderen Uwe waarheid bekendmaken!" Als een werkelijke vader hoop ik dan in 't midden van mijn kinderen te Achteveld te staan, om hen te wijzen op Hem, Die in Jezus onze Vader is, en Die vaderlijk kastijdt, maar ook zoo vaderlijk zorgt.
Het was Marianne, met Frédérique tusschen de lelietjes van dalen gelegerd en die haar den inhoud van "Ein Gebet" mededeelde. Het is wel overdreven, maar het is prachtig, het is zoo boeiend! Zie je, Raoul doet boete voor zijne moeder, die een zondares is geweest, hoewel ik niet geloof, dat het zoo vreeselijk was, wat ze gedaan had! Hij wordt priester en kastijdt zich en geeselt zich.
"Mijn waarde meneer Rustig, ik betreur zeer het ongeval, dat gij aan de dwaze toegeeflijkheid van mevrouw tegenover den jongen te danken hebt; maar toch doet het me genoegen, dat gij zulk een juist begrip toont te hebben van Salomo's uitspraak: 'Wie de roede spaart, bederft het kind. Hiermede geeft de wijze koning te kennen, dat het de plicht van een vader is zijn kinderen te kastijden, wat volstrekt niet in tegenspraak komt met de rechten van den mensch of met eenige natuurlijke gelijkheid, want de zoon is een deel des vaders, zoodat deze eigenlijk slechts zichzelven kastijdt.
Wie naar minne streeft, doch naar die stem niet luistert, dien klinkt zij vreeselijker dan de donder. Dat woord is de band daar de minne hare gevangenen mede bindt, het zwaard waarmede zij wondt die zij raakt, de roede waarmede zij hare kinderen kastijdt.
Ik geef aan dezen tijd dit devies: Vuile zindelijkheid. Word niet boos, Marius, vergun mij te spreken: ik zeg van het volk geen kwaad, ge ziet dat ik den mond vol van uw volk heb, maar neem niet kwalijk, dat ik den burgerstand een weinig hekele. Ik behoor er toe. Die liefheeft kastijdt. En, ik zeg het onbewimpeld, men trouwt tegenwoordig, maar men weet niet hoe men moet trouwen.
Wie de Heere liefheeft, kastijdt Hij tot hun nut, en wat de smeltkroes is voor 't goud, is de beproeving voor Gods volk. Ze ontneemt hun, wat zij moeten missen, verhoogt de waarde en den glans van hun geestelijk leven, en vermeerdert hun genadeloon in de hemelen. »Want", zoo zingt de psalmist den Heere dankend toe: »Gij zult een iegelijk vergelden naar zijn werk".
Was het vreemd dat na het lezen der woorden: "Want de Heere kastijdt dengene dien Hij liefheeft; ja gelijk een vader den zoon, in denwelken hij een welbehagen heeft ," dat hij toen den zakdoek moest uithalen, om daarna een geruimen tijd met den vinger te zoeken waar hij ergens gebleven was?
'k Ontzie hem, zonder bang te vreezen. En ga ik hupplend aan zijn zij', Ook dan vermaakt en leert hij mij; Er kan geen beter vader wezen! Ik ben ook somtijds wel eens stout, Maar als mijn ondeugd mij berouwt, Dan wordt zijn vaderhart bewogen; Dan spreekt zijn liefde geen verwijt, Ja zelfs, wanneer hij mij kastijdt, Dan zie ik tranen in zijn oogen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek