Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 28 november 2025


Toen hij de zuster zag, was zijn eerste beweging, zich dadelijk te verwijderen. Maar er was ook een andere plicht, die hem boeide en hem met geweld in een tegenovergestelde richting dreef. Zijn tweede beweging was te blijven, en zich ten minste een vraag te veroorloven. 't Was zuster Simplicia, die nimmer in haar leven gelogen had. Javert wist dit, en vereerde haar uit dien hoofde bijzonder.

"Wilt ge mijn karabijn?" vroeg Enjolras aan den straatjongen. "Ik wil het groote geweer," antwoordde Gavroche. En hij nam het geweer van Javert. Twee schildwachten waren teruggetrokken en bijna tegelijkertijd met Gavroche in de barricade gekomen. 't Waren de schildwachten van het einde der straat en der kleine Truanderie.

Des namiddags na het bezoek van Javert ging de heer Madeleine als gewoonlijk Fantine bezoeken. Eer hij bij haar binnentrad, liet hij zuster Simplicia roepen. De beide geestelijke dochters, die in de ziekenzaal dienst deden, behoorden tot de orde der Lazaristen, gelijk alle liefdezusters, en heetten zuster Perpetua en zuster Simplicia.

"Mijnheer Javert," jammerde zij, "ik bid u om genade; ik verzeker u, dat ik geen schuld had. Zoo gij bij 't begin tegenwoordig waart geweest, zoudt gij 't gezien hebben; ik zweer u bij den goeden God, dat ik geen schuld had. 't Kwam door dien heer, dien ik niet ken, die mij sneeuw in den rug heeft gestoken.

Wat in Javert omging, was de kromming van een rechtlijnig geweten, het uit den weg dringen eener ziel, de verplettering eener eerlijkheid, die tegen God te bersten stoot.

Hij begreep hem, en ging de trap af, door Javert op den voet gevolgd. De portier zag hen heengaan, zooals hij hen had zien komen, met verschrikte slaperigheid. Zij stegen weder in het huurrijtuig en de koetsier op den bok. "Inspecteur Javert," zei Jean Valjean, "sta mij één ding toe." "Wat?" vroeg Javert ruw. "Laat mij een oogenblik in mijn woning terugkeeren.

Veroordeelt ten minste dezen man niet. Hoe! deze lieden herkennen mij niet! Indien Javert hier slechts ware! Hij zou mij herkennen!" De diepe, zachtmoedige treurigheid, welke in den toon dezer woorden lag, is niet te beschrijven. Hij wendde zich tot de drie galeiboeven: "Nu, ik herken u, Brevet! Herinnert ge u...?"

Heb medelijden met mij, mijnheer Javert!" Zoo sprak zij, geheel verslagen, gebroken, geschokt door haar snikken, blind door haar tranen, met blooten hals, handenwringend, hoestend en kuchend en als een stervende met doffe stem sprekende. Diepe smart is een goddelijke, vreeselijke straal, die de rampzaligen herschept. Op dit oogenblik was Fantine weder schoon geworden.

De advocaat-generaal zond het met een bijzonderen ijlbode naar M. sur M. en belastte er den inspecteur Javert mede. Men weet dat Javert terstond na de aflegging zijner verklaring naar M. sur M. was teruggekeerd. Javert was juist opgestaan, toen de bode hem het bevel tot aanhouding en overbrenging ter hand stelde.

De gang was nog te donker om zijn gezicht te kunnen onderscheiden; maar toen de man aan de trap was gekomen, vertoonde het invallend daglicht zijn schaduwbeeld, en Jean Valjean zag hem volkomen van achter. De man was hoog van gestalte, droeg een lange jas en een stok onder zijn arm. 't Waren de forsche omtrekken van Javert.

Woord Van De Dag

kei

Anderen Op Zoek