Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 19 mei 2025


Ik trachtte mezelf wijs te maken, dat dit het gevolg was van mijn vrees en dat hetgeen ik voor een schim hield niets anders dan een boom was, die mijn aandacht in het eerst was ontgaan. Maar wat was dan dat gedruisch? Het was volkomen windstil. Zelfs de kleinste takken bewegen zich niet vanzelf; het moest, zoo niet de wind, dan een mensch zijn, die ze heen-en-weer deed gaan. Een mensch?

Een klein levendig mannetje, die luchtig heen-en-weer zweefde, was bezig een boer te scheren en antwoordde met een zware basstem: Die ben ik.

Hier zweeg Jansen 'n oogenblik: en 't scheen wel of z'n gedachten minder vroolijk waren dan naar gewoonte. Misschien "schoven ze maar zoo'n beetje heen-en-weer, zonder veel plezier." Een toespeling op Jansen's verhaal van hoe hij met Liesje danste na de Trineke-geschiedenis. Deze toespeling heeft dus de waarde van een voortreffelijke vergelijking, een mooi "beeld," en geeft hetzelfde genot!

Een verwarde kluw menschen, dichter op-elkaar gepakt dan de overigen, schoof en seulde heen-en-weer al naarmate een der beide partyen aan de winnende hand was. Vreedzame hossers golfden zingend voorby de plek waar gevochten werd.

Zij schreide niet: ze wandelde heen-en-weer, gestikuleerde met opgestroopte mouwen, en sprak het publiek toe: "Heb je ooit zoo iets gezien? Mijn Andong gevangen nemen, op hem schieten, hem in 't blok doen en hem naar den hoofdplaats brengen, alleen omdat... omdat hij een nieuwe broek aanhad? Dat roept om wraak! De guardias civiles maken misbruik van hun gezag!

Ik schoof maar zoo'n beetje heen-en-weer, en Liesje was ook anders. En ze wou haar huwelijk uitstellen, maar Koremans was er kwaad om, en haar vrijer ook. Ik geloof dat-i me niet lijden mocht ... zeker om die weddenschap." Hij vertelt dat Liesje's vrijer boos was, omdat zij het huwelijk wilde uitstellen, en dadelijk daarop zegt hij: "Ik geloof" enz.

Aldus peinzend had-i allengs de steentjes die dienen moesten tot vermaak van den kleinen jongen, verdeeld in soorten die allerlei koopwaar voorstelden. De vloer van de mangelkamer werd in landen en provincien afgedeeld. Dáár lag Engeland met z'n wittegrondjes-driekleur, dáár Frankryk dat wyn leverde, dáár Nederland met z'n stereotiepe kaas en boter... jazelfs Spanje kreeg 'n plaatsje met z'n kurk. En hy schoof de produkten heen-en-weer, en schiep 'n handelsbeweging, en vergat daarby zelfs de crisis niet. Bonifaz had er 't recht begrip niet van, en schopte wel-eens 'n stock of entrepôt uit elkaar op 'n manier die gevoegelyk kon doorgaan voor 'n revolutie, die dan door Wouter zoo goed mogelyk by z'n overleggingen werd in rekening gebracht. Weldra was-i dan ook met de oplossing van 't fameuze probleem gereed, en hy verlangde naar 't oogenblik dat-i onder de oogen zyner dame... du jour, z'n tegenstanders uit het zadel ligten zou. Laat zien wat er verder gebeuren moest. Keizer Kopperlith stond hem de helft van z'n ryk af, met de hand zyner schoondochter Julie, die den hemel danken zou dat ze verlost was uit de onwaardige ketenen van den pseudo-ridder Pompile. Zeer wel, maar hoe triumfeerend ook, Wouter schonk hem 't leven. Ook Eugène mocht blyven bestaan, en al de Kruckers, mits ze driemaal 't schoeisel kusten van Wouter's dame. Eén onzekerheid nog slechts hield den ridder die straks al z'n vyanden uit het veld zou slaan, in eenige spanning. Zoud-i z'n wapenfeit uitvoeren in eenvoudig proza of... nu ja, in verzen kwam hem de nederlaag des vyands verpletterender voor. En verplettering hadden ze verdiend! Was 't onheusch of niet van al die verwaten ridders, zoo prat op hun lynwaden en kurken, de romantische mogelykheid voorby te zien dat de jonge schildknaap zonder geslachtswapen of uithangbord, misschien de inkognite spruit wezen kon van edelen stam? Had men niet wat eerbied moeten voelen voor z'n prikkelende onbekendheid? "Onze jongste bediende, onze jongste bediende!" had wapenkoning Pompile geroepen... welnu, waarom bezat alleen de edele Julia god zegene haar! roman-takt genoeg, en lektuur-bedrevenheid en tournooi-instinkt, om onder 't palletootje van den kantoorklerk 'n kampvechter te vermoeden van den eersten rang? Waren ze dan doof en blind en idioot, al die anderen? Te-wapen, te-wapen! riep alles Wouter toe. "Jongste-bediende... hm! Ik z

Als in verwarring ging hij zitten op een houten bankje dat daar stond, naast Paul, schoof heen-en-weer, zei toen met grove stem van tranen-in-de-keel: "Ik ben, verdomd-nog-toe, nou altijd even lam onhandig, ? Kom!...Zeg!... Holman!... Arme kerel!..." Plotsling dan, z'n zware hoofd voorover in z'n handen, snikte Paul, traanloos, met heftig schokken.... O God, o God! daar was het weer!

Wel twaalf keeren had hy zich moeite gegeven haar te ontmoeten, door in den omtrek van haar huisje heen-en-weer te loopen. Maar altyd te-vergeefs. By deze gelegenheden wond-i zich op tot ... redenary. Hy maakte aan- en toespraken gereed, waarmed-i zich tot het meisje wenden zou, en wanneer ik daarvan den juisten tekst geven kon, zou ik 'n heerlyk hoofdstuk geleverd hebben van menschenstudie.

De twee vreemdelingen, die heen-en-weer wandelden, stonden even stil, keken elkaar aan, toonden elkaar even hun snijtanden en zetten onmiddellijk hun wandeling weer voort. "Hij is uit zijn hum, omdat u hem geen 'reverencia' genoemd heeft!" mompelde meneer Laruja in 't oor van 't blonde jongmensch. "Wat wil uwe reverentie toch zeggen?

Woord Van De Dag

meisjesschaar

Anderen Op Zoek