Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 18 mei 2025


Als vastgenageld bleef de oude vrouw staan, en staarde de zoo goed bekende verschijning aan: was het dan weder de tijd harer jeugd? Was het Lisette die daar stond? "Hij komt," jubelde een zachte stem, "hij komt. Ik heb het licht gezien." En vlug was Liesje de oude vrouw voorbijgeslopen, en toen als een liefelijke fee verdwenen.

"Vindt je nu niet, beste jongen, dat haar kennis die van jou ver te boven gaat?" vroeg de fee. "Je hebt nu zelf de waarde kunnen peilen van wat jij weet en deze menschen van groote beteekenis, tegenover wie jouw kennis in 't niet zonk, bogen zich eerbiedig voor de hare. Niemand weet iets, dat hierboven gaat, niemand twijfelt er aan, niemand kan 't er buiten stellen en dit zal zoo blijven onwrikbaar vast duizenden bij duizenden jaren n

De sijsjes sprongen nog lustig heen en weer, maar zij waren er ook niet voor geschapen om wat te leeren, die arme, kleine diertjes! Een kwartier later kende Blondkopje zijn les en prompt ook. Hij was dolblij en liep de goede fee achterna om 'm voor haar op te zeggen. Onderwijl had er een groote ommekeer op de heele aarde plaatsgehad.

Niettegenstaande dat de fee hem er tegen gewaarschuwd heeft, eet hij toch onderweg van de vruchten van een appelboom en daardoor valt plotseling de ouderdom op hem en wordt hij een oud mannetje, door van 't aardse voedsel te gebruiken is hij n.l. ook weer onder de aardse wet der sterfelikheid gekomen, evenals zij die naar 't dodenrijk trekken ook aan de wetten daarvan onderworpen zijn, zodra zij daar eten.

Wanneer de ridder daar drie »dagen" bij die fee door heeft gebracht, begint hij naar huis te verlangen en wil weg, maar nu vertelt de fee hem dat er reeds 300 jaar verlopen zijn en zo vindt hij dan ook 't bos en alles heel anders wanneer hij weer in de wereld terugkomt.

Nu, de menschen vonden het wèl erg, en van die vergeetachtigheid geloofden ze geen zier, dat kun je wel begrijpen. Ziezoo, nu weet je, hoe Hilda was en ga ik je eens vertellen, wat er met Juffertje Te Laat gebeurde. Hilda was genoemd naar.... schrik niet.... naar eene fee! Ja, eene fee was hare peettante. Nu, die fee dan hield heel veel van haar petekind.

Doch toen zij hem riep, omdat het tijd werd met 't opknappen te beginnen, bleek 't, dat hij nergens te vinden was. De stoute jongen had over fee Goed-Hart hooren spreken, en wist nu van angst niet waar hij zich bergen zou. Waarom hij eigenlijk zoo bang voor haar was, zou hij zelf niet hebben kunnen zeggen. Het kwaad brengt zijn eigen straf met zich mee.

DROMIO VAN SYRACUSE. Mijn rozenkrans! en fluks een kruis geslagen! Dit is een tooverland! O wee ons, wee! Al wie hier spreekt, is spook en uil en fee. Verzetten we ons, dan brengen ze ons in 't nauw, En knijpen voor het minst ons bont en blauw. LUCIANA. Wat praat gij in uzelf en staat nog daar? Dromio, gij doeniet, slak, gij leuteraar!

Maar zijne weinige bezigheden, zijn rijkdom en vele verleidingen hadden zijne wilskracht verlamd en zijne eerzucht gedood. Voor sommige karakters zijn rijkdommen een vloek, hun door een boosaardige fee op den levensweg medegegeven. "Het voorbeeld is alles.

Maar zeg eens: hoe laat is 't eigenlijk, ik heb een poosje geslapen." De fee wist natuurlijk heel goed, dat het al half twee was; maar ze wou eens hooren, wat Hilda antwoorden zou. "O, lieve peettante, vraag me daar niet naar; ik durf niet naar de klok kijken," zei ze. "Meisje, meisje," dacht de fee, "'t is nog erger met je, dan ik meende. Je wilt je oude peettante nog wat wijsmaken ook.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek