Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 29 mei 2025


Hij drong niet verder aan; hij had nog Quaerts en de meisjes om te spelen. Wat doe je daar, Jules? vroeg hij, met een blik over de piano. De jongen was daar achter blijven zitten, als vergeten. Hij stond nu op, hij kwam te voorschijn, lang, uit zijn kracht gegroeid, met vreemde oogen. Wat deê je daar? Zit toch niet zoo te suffen, jongen! mopperde Dolf vriendelijk met zijn diepe stem.

Zij zeide het mat, moê, alleen, doodeenzaam, als zweefde zij in eene wijdte moê voort, zonder steun gedragen door liohaamlooze luchten, waardoor zij hare armen heen sloeg, zonder te grijpen. Mevrouw Hoze stond op: Dolf kwam ze halen om te whisten, in de andere kamer. Jij ook, Cecile? vroeg hij. Neen, je weet: kaarten en ik!

"Heb je ooit zulke dikke tong gezien?" "Kolossaal." "Ze sprong de mand uit." "Moeder wou ze voor morgen bewaren om te koken." "Nee, gebakken is ze lekkerder." "Dolf, trek jij de witte wijn eens open." "Voorzichtig, Dolf!... Niet zoo hard!... Pas op anders breekt de hals." ", wat een slag!" "Pas op, pas op, jongens... 't is op slag van twaalf!" "Haast je dan Dolf, schenk de glazen in!

Wat zit het hier toch heerlijk, 'k was werkelijk al een beetje moe," zei mevrouw Van Brakel. "Maar waar is Leni nu weer?" vervolgde ze. "Daar loopt ze warempel met Bob en Hans ons al een heel eind vooruit. Dolf, roep die drie voortvluchtigen eens terug. Ze moeten wat rusten, anders worden ze veel te moe." "O, daar komen ze al."

"En ik," riepen Dolf en Nel. "Och, moezekepoes, wat is 't warm!" "Door en Nel, jullie zorgt wel voor onze logé's, niet waar?" "Ja zeker, moeder; ik zeg dan: hocus, pocus pas, 'k wou, dat ons.boertje weer Hansje was, en dan ..." lachte Nel. "Trekt Hans gauw zijn hanssopje aan," zei Bob. "Dan zijn we weer tweelingen." "Nacht vader, nacht moeder!"

Dolf ging languit op de hei liggen en Fox hield trouw de wacht bij zijn vriendje. "Nu maar weer opgemarcheerd," zei mijnheer Van Brakel na een kwartiertje. "Ik ben anders bang, dat we niet voor de bui thuis zullen zijn!" 't Was duidelijk, dat Julia blij was, toen haar vrindjes en vriendinnetjes weer thuis waren.

Amélie beefde van zenuwachtigheid. O, die jongen! siste zij trillend. Die Jules, die Jules ... Het is niets! verontschuldigde Cecile zacht. Hij is wat prikkelbaar ... Zij was een beetje bleek geworden en zag naar hare jongens, naar Dolf en Christie, die, ontsteld, met open monden van verbazing, hadden opgekeken. Is Jules stout, mama? vroeg Christie.

Meteen bedacht ze zich dat het juist kermis was in een naburig dorp en dat La en Dolf, die beiden een verkeering hadden, daar wellicht met hun lief naartoe waren gegaan, terwijl vader en moeder en Miel thuis bleven wachten. Zij keek door 't kleingeruite raampje.

"Laat me los, Van Brammen!" riep Pieter, voor de eerste maal sedert ik hem kende zijne manlijkheid toonende; en met een fikschen zwaai wierp hij, vonkelende van woede, den op zulk een krachtsbetooning niet verdachten Dolf van zich af en bijna tegen den muur.

"Bravo!" riep Nel, "die is voor jou, je hebt hem eerlijk verdiend. En nu heb ik hier nog iets. Dirk en Gerrit, nu ben jullie aan de beurt. Toe, Dolf, jij bent in het raadseltjes opgeven zoo knap. Bedenk nog eens wat." "Als jullie een oogenblikje geduld hebt," zei Dolf; "want opeens zoo'n versje te maken, is zoo gemakkelijk niet. Wacht, ik weet al iets: "Ik ben bruin en rond, 'k Hoor in den mond.

Woord Van De Dag

vreugdelooze

Anderen Op Zoek