Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 mei 2025
Toen groeiden zij op steen, In steenen kelders als in kuilen weggeborgen, Met steenen boven hen, en steenen om hen heen, Zoo diep zoo diep daarin, dat zelfs de zonnestralen Maar vaag iets wisten van die hartjes daar beneê. Geen wind waaide van 't veld en fluisterde verhalen Van de'ijlen hemel en de vogels en de zee, En, zelf een bleeke vlek, heeft menig nooit geweten Hoe groen de wereld was.
's Morgens werden de bakker, de kruidenier, de melkboer door 'n luikje bediend en om negen uur, als meneer benee kwam, ontsloot hij het kunstwerk, dat alle intieme bezoekers van Casa Cara om beurten hadden bewonderd. Van avond had meneer bijster vroeg en met veel gedruisch gesloten, den electrischen toevoer afgedraaid om Chris naar bed te jagen.
"Nee," lachte ze met hoogroode wangen vochtige-troebele oogen: "jij scheidt zoo gáúw uit." "Je wordt 'r dronken van." "Je mag ook wel dronken worde as je mekaar voor 't eerst wat?" "'t Kaarsie gaat uit." "La-maar uit gaan." "Nee, dan motte we na benee." "Waarom? Waarom?" , zei ze teleurgesteld. "Omdat omdat," lachte hij: "omdat 'k je liever ziè."
Zeurig tekkerde de regen, de bladeren benee beritslend, 't toren-plat smijdig verslijkend. De uren kropen. 't Was 'n dag, zoo oneindig, zoo noest-lang, dat ze vermoeid insliepen, meneer languit ronkend, mevrouw zittend tegen de borstwering, Amélie hangend over de tinnen. Toen ze ontwaakten, was 't nòg dag, bijna scheemring.
In de kamertjes-boven waren weeningen van licht, doch benee voor de huisdeur zaten Reggie, Soortje en Dovid luchtje te scheppen. Het was een middag van overzwoel, vadzig gezwadder, toen hij naar de fabriek ging. Uit de zijstraten snikte 't bewegen der menschen naar 't stofzweetend asfalt.
Maar je weet wel zoo wat, wát er zijn kan. Je denkt in ééns an de juffrouw met 'n gepletten neus en rullig rood haar, die overdag praatjes sabbelt met den m'nheer van benee over de waterleiding die niet loopen wil-as-dat 't 'n schandaal is. Ook in de keuken er naast zie je licht en gele plankjes met kastranden en glimmende koperen zaken en blauwe pannetjes. Verderop is 't alles prachtig.
"Dan zal 'k 't gaan hale," riep-ie de trap afhaastend. Benee lukte 't niet. De kraan bij Reggie toeterde, gaf nog geen water. 't Zat verderop, zooals-ie gedacht had. Vlug liep-ie terug, schepte uit den emmer bij Suikerpeer, werd door Essie en Mijntje en Suikerpeer met door mekaar geschreeuwde gijntjes behageld. Nou z
Eerst om negen uur, lang scharrelend op 'r kamer naast den zolder, was ze heengegaan en toen ze gehaast, dol-gehaast, omdat ze 't zaakje niet vertrouwde, al om halftien voor 't tuinhek stond, zag ze 't zoldervenster fel-verlicht, 't witte gordijn neer en daarachter de akeligste schaduwen, asof meneer an de droogstokken schommelde. En benee in de huiskamer alles donker....
Rondom wigden huizen hun daken. Muur stond naast muur, goorbruin, bloedbruin, slijkzwart, doorklodderd van loodmorsig wit. Vensters kniesden er in met zwarte gordijnen en beneê suften de puien met stille bordesjes en opstaande luiken. In de flets-tragende lucht loomde de rook van Marken en Uilenburg, krimpend uit ouwe saamkwakkende huizen geschoord op elkander. Dáar was het eerwaarde, grijze huizengeleef, dat opkroop in zijn herinnering, daar schuwde schaduw van muren, waar geen licht kwam, waar eeuwige scheemring de vrouwen verlepte en klagende kindren uit dikke buiken ontving, d
Onder tafel hield ze zijn hand en loerend langs de kap van de lamp of niemand 't zag, gaf ze 'm verlegen, snel-tastende zoentjes. Om tien uur ging-ie naar benee, om Reggie genacht te zeggen. Ze was al naar bed, klaagde over pijn in de beenen en kloppingen in 't hoofd.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek