United States or Zimbabwe ? Vote for the TOP Country of the Week !


Om nu tot mijn boek terug te keeren: 't is 'n werk dat ik sedert den leeftijd, waarin ik tot literair bewustzijn ben gekomen, sedert mijn 17de of 18de jaar in mij heb gedragen.... 't Is waar: toen had het 'n anderen vorm: 't Was toen "de Verzoeking van den H. Antonius". Van mijn prilste jeugd dacht ik daar al aan, en in den loop der jaren heb 'k sommige passages daarvan ook al geschreven.... Maar ik kost niet klaar geraken ... 't was voor mij ondoenlijk alles saâm te dringen in 't kader van mijn verhaal.... Maar ik wachtte rustig, en eens in '97 'k was pas getrouwd, daarom herinner ik 't mij zoo goed zat ik in mijn hof en 'k las Goethe ... en 't werd mij opeens duidelijk dat de Legende van "De Wandelende Jood" geschikt zou zijn om alles te bevatten wat ik wilde zeggen.... Dat schoot mij te binnen, en die zelfden dag heb ik 't heele plan met alle symbolen en allegories uitgewerkt.

94 En zoo zag ik eenmaal de krijgsknechten vreezen die onder verdrag uit Cabrona uitgingen, daar zij zich tusschen zoovele vijanden zagen. 97 Ik drong mij met mijn gansche persoon tegen mijnen leidsman, en ik draaide mijne oogen niet naar den kant van hunne verschijning, die mij niet malsch leek.

97 Toen brak zich het gemeenschappelijk tegenelkanderleunen; en sidderende wendde zich ieder naar mij met de anderen die het hoorden door den wedergalm. 100 De goede Meester richtte zich gansch tot mij, zeggende: "Zeg hun dat wat gij wilt."

97 Geen zaal van een paleis was het daar, waar wij waren, maar een natuurlijke grot, die een slechten vloer had en gebrek aan licht. 100 "Voordat ik mij van den afgrond wegruk, Meester mijn," zeide ik, wanneer ik recht op stond; "spreek een weinig tot mij om mij uit de dwaling te helpen. 103 Waar is het ijs?

Van "Mathilde" bestonden verschillende lezingen, en die heb ik nauwkeurig vergeleken. Dat was het eigenlijke practische werk. Vosmaer maakte de inleiding en zoo kwam de bundel tot stand. Het boekje vond algemeene afkeuring. Alleen de "Spectator" vond 't mooi. 't Publiek wilde er heelemaal niet aan. De eerste editie verscheen in '82, maar in '97 kwam pas de tweede druk.

94 En hij tot mij: "Het tegendeel begeer ik: pak u van hier en geef mij niet meer overlast: want kwalijk weet gij te schertsen in deze delling." 97 Toen nam ik hem bij de nekharen, en ik zeide: "Het zal pas geven dat gij of u zelven noemt, of dat u hier geen haar op over blijve."

Lied. en Ged., bl. 380, 395, 398, 404, 409, 417, 440, 474; Versl. en Meded. der Kon. Akad., 3e Reeks, Deel XII. De hier bedoelde stukken en nog andere van dien aard vindt men in Vad. Mus., I, 296 vlgg.; II, 146 vlgg.; Dissertatie van Dr. A. NIJLAND, p. 185; KAUSLER, Denkmäler, III, 94 vlgg.; Tijdschr. v. N.T. en L., III, 177 vlgg.; XI, 210 vlgg.; XI, 285 vlgg.; XII, 97 vlgg.; XVI, 306 vlgg.

Over den mansnaam Wyn, waarvan Wynen en Wijnne zie men bl. 97. Aan den geslachtsnaam Alderden ligt de volle oud-nederlandsche mansnaam Aldert, in Friesland meest Allert, ook Allart, voluit Adelhart, ten grondslag.

A. Winkler Prins, over Radbout I, geplaatst in de Vrije Fries, V 97, en van Loon, Aloude Regeeringwijs van Holland, Leiden 1744, I 110 en verv. II 5 en verv.

"En nu zou ik graag nog even tot u terugkeeren. Mag ik weten welke plannen u voor de toekomst uitbroedt?" "Jawel, plannen heb ik, maar ik zal daaraan eerst werken als ze heelemaal rijp zijn. Zoo heb ik 'n uitgewerkt plan voor 'n roman, vollédig, hoofdstuk voor hoofdstuk heel uitgebreid en dat ligt er nu al van '97 af. En dan nog 'n ontwerp dat ik geschreven heb in 1901 of 1902.